Staatssecretaris Raymond Knops van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) heeft een eenmalige bijzondere uitkering van twee miljoen euro toegekend aan het bestuurscollege van Saba.
Als gevolg van orkanen Irma en Maria hebben Sint Maarten, Saba en Sint Eustatius te maken met noodzakelijke herstelkosten in het kader van hun eilandelijke taken. Staatssecretaris Knops begon dinsdag 28 november met een eerste kennismakingsbezoek aan Saba. Na aankomst heeft hij constructieve gesprekken gevoerd met onder andere gezaghebber Jonathan Johnson, de gedeputeerden en leden van de eilandsraad.
In het regeerakkoord staat dat er in Caribisch Nederland extra geïnvesteerd wordt onder de voorwaarde dat goed bestuur en financiële verantwoording op een afdoende niveau is geborgd. Aan die voorwaarden voldoet Saba al jaren. De staatssecretaris heeft verder toegezegd gericht te investeren in de ontwikkeling van de lokale overheidsorganisaties. Een bijdrage van 688.000 dollar is toegezegd voor het verder ontwikkelen van de organisatie van het openbaar lichaam Saba en het verbeteren van de dienstverlening aan de burger.
Staatssecretaris Knops herhaalde zijn uitspraak tijdens de laatste begrotingsbehandeling van Koninkrijksrelaties in de Tweede Kamer: “more for more, less for less”. Hiermee doelt de staatssecretaris op het belang van kwaliteit, maatwerk en oplossingsgerichte activiteiten in de samenwerking. Daar geven het ministerie van BZK en Saba nu samen opvolging aan.
De eenmalige bijzondere uitkering van twee miljoen euro komt bovenop de herstel- en wederopbouwgelden die ter beschikking worden gesteld naar aanleiding van de schade die is aangericht door de orkanen Irma en Maria. In het kader van de wederopbouw wordt een bedrag van ongeveer 25 miljoen dollar beschikbaar gesteld voor Saba, voor onder meer het herstel van de (zee)haven, de vuilverbranding en herstel van woningen. De ministeries Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en Infrastructuur en Waterstaat gaan met het bestuurscollege in gesprek gaan over prioritering en input vanuit het eiland.
Bron: Rijksoverheid