Marcel Haenen
Er is een relatie tussen het optreden van het Nederlandse Openbaar Ministerie in de zaak tegen de Nederlands-Argentijnse piloot Julio Poch, verdacht van moorden, en het justitiële handelen tegen de vader van koningin Máxima, Jorge Zorreguieta.
Dat vertelde Michiel Meijer, voormalig president-directeur van luchtvaartmaatschappij Transavia, gisteren bij de rechtbank in Den Haag. Meijer werd via een videoverbinding onder ede verhoord door de rechtbank in Buenos Aires, waar Poch terechtstaat. De piloot is ervan beschuldigd ‘dodenvluchten’ te hebben uitgevoerd voor de Argentijnse junta (1976-1983), waarbij ‘subversieven’ uit het vliegtuig werden gegooid.
Meijer zei zich te baseren op een “off-the-recordgesprek” dat hij enige maanden na aanhouding van Poch in 2009 voerde met officier van justitie Guus Schram. Meijer:
“Hij zei me dat er in het onderzoek tegen Poch hogere belangen waren die ik me waarschijnlijk niet kon voorstellen. Ik vroeg Schram of hij doelde op de relatie van deze zaak met het Koninklijk Huis, een gerucht dat toen al in bredere kring werd gehoord. Hierop gaf hij geen antwoord, maar uit zijn lichaamstaal maakte ik op dat ik gelijk had.”
‘Nederland werkte mee om Zorreguieta ongemoeid te laten’
De oud-Transaviabaas nam het bij de rechtbank op voor Poch. “Sinds zijn arrestatie heb ik het gevoel dat Poch niet echt een eerlijke kans heeft gehad.” Meijer zegt uit de uitlatingen van Schram te hebben opgemaakt dat Nederland meewerkte aan het proces tegen Poch, opdat de Argentijnse justitie Jorge Zorreguieta, staatssecretaris tijdens de junta, ongemoeid zou laten. De vraag waarom de Nederlandse justitie een Nederlands staatsburger in Argentinië laat berechten in plaats van zelf onderzoek te doen, is volgens hem nooit afdoende beantwoord.
Reacties OM en RVD
Volgens het Openbaar Ministerie heeft officier van justitie Guus Schram “nooit iets heeft gemerkt van enige invloed van wie dan ook buiten het OM” in de zaak-Poch. Schram ontkent tegen Meijer iets te hebben gezegd over invloed van het koningshuis.
De Rijksvoorlichtingsdienst “heeft geen beeld van of opvatting over het handelen van het OM. Het OM handelt zelfstandig en onafhankelijk.”
Meijer zei te hebben vastgesteld dat het OM en de KLM wisten dat Poch tijdens zijn laatste vlucht, naar Valencia, op verzoek van Argentinië zou worden gearresteerd, maar dat Transavia – de werkgever van Poch – van niets wist. Ook toonde hij zich verontwaardigd dat werknemers van Transavia die kritisch waren over de aanhouding van Poch waren “geïntimideerd” door de Nationale Recherche. De politie heeft volgens hem twee piloten van Transavia “met arrestaties gedreigd” als men verder niet zou zwijgen. Meijer:
“Het OM is er altijd van overtuigd geweest dat Poch schuldig was, nog voordat er bewijs was gevonden.”
Grote verdeeldheid onder piloten
Uit de verhoren in Den Haag – gedeeltelijk bijgewoond door Pochs echtgenote Grethe en zijn zoon en piloot Andy – is de afgelopen weken gebleken dat de strafzaak tegen Poch tot op de dag van vandaag tot grote verdeeldheid leidt onder Transavia-piloten. Sommigen hebben “de perceptie” dat Poch in 2003 tijdens een etentje op Bali heeft toegegeven dodenvluchten te hebben uitgevoerd, anderen menen dat hij verkeerd is begrepen. Ex-marinepiloot Poch zou alleen het standpunt van de Argentijnse militairen hebben willen uitleggen. Niemand heeft voor de rechtbank gezegd van de 62-jarige Poch te hebben gehoord dat hij zélf dodenvluchten uitvoerde.
Volgende week worden in Den Haag de laatste twee Nederlandse getuigen gehoord per videoverbinding. De uitspraak tegen Poch en 66 medeverdachten wordt volgend jaar verwacht. Dat is dan ongeveer zes jaar na Poch zijn arrestatie. Op enkele maanden na heeft hij al die tijd vastgezeten.
Bron: NRC Handelsblad