‘Met Land schuld oplossen en ontwikkelaar zal zich inkopen’
Willemstad – Stichting Sint Elisabeth (Sint Elisabeth Foundation, SEF) heeft er zelf nog alle vertrouwen in. Dat blijkt uit de stukken in verband met de verleende voorlopige surseance van betaling.
Volgens de stichting, die tot 15 november 2019 alles bij elkaar 164 jaar ziekenhuiszorg heeft geleverd en daarbij ‘een grote en complexe schuldenlast heeft opgebouwd’ – vooral ontstaan door het van overheidswege uitblijven van toereikende financiering van de zorg – is er wel degelijk perspectief.
Ten eerste zijn er volgens SEF ‘gegronde vooruitzichten’ dat zij op korte termijn gezamenlijk met het Land en overige schuldeisers tot een structurele oplossing en daarmee opheffing van de huidige situatie zal komen. Verwezen wordt naar de opdracht van februari 2022 van het ministerie van Gezondheid, Milieu en Natuur (GMN) aan overheidsaccountantsbureau Soab om de eindschuldpositie van Sehos in kaart te brengen. Dit na een presentatie aan de ministerraad.
Daarnaast heeft Sint Elisabeth naar eigen zeggen inmiddels ‘met een derde partij een overeenkomst gesloten waarbij deze derde partij zich in het project zal inkopen’, onder voldoening van de resterende schuld aan concurrente handelscrediteuren.
,,Doel van de overeenkomst is om op korte termijn te kunnen starten met de restauratie en herbestemming van het monumentale vastgoed van de stichting.”
Het Antilliaans Dagblad berichtte onlangs al dat het gaat om Schonck, Schul & Compagnie makelaardij en vastgoedontwikkeling in Breda. Het ‘masterplan geeft toekomst aan het Sint Elisabeth-complex in financieel, bouwkundig en functioneel opzicht’, meldt de website van deze projectontwikkelaar.
Om de mogelijkheid te scheppen voor SEF om met de opbrengst van de overeenkomst met deze derde partij de concurrente crediteuren te kunnen voldoen en met de overheid tot een afwikkeling van de restschuld te komen, verzocht de stichting de rechter om voorlopige surseance van betaling te verlenen.
Sint Elisabeth had zelf de advocaat Paul van de Laarschot voorgesteld als bewindvoerder, wat door het gerecht ook is overgenomen. Na verloop van de termijn van voorlopige surseance van betaling wil SEF surseance voor de duur van anderhalf jaar, althans voor een periode van minimaal zes maanden.
Zelf meent de stichting dat het Memorandum of Understanding (MoU) van 20 september 2013 tussen Land, Sint Elisabeth en Usona (Uitvoeringsorgaan Stichting Ontwikkeling) méér was en is dan de benaming alleen doet vermoeden. Volgens SEF behelst deze overeenkomst ‘wederzijdse afdwingbare afspraken en prestaties’.
Uitgangspunt daarbij was dat de stichting de exploitatie-entiteit van het nieuwe ziekenhuis CMC (Curaçao Medical Center) zou worden. Verder dat de schuldsanering van Sehos (Sint Elisabeth Hospitaal) onderdeel vormt van de integrale oplossing; de schuld aan het Land, bestaande uit loonbelasting en een lening, zou worden kwijtgescholden en de restschuld zou voor rekening van het Land komen.
Eenzijdig werd besloten, echter, dat niet de stichting maar CMC Exploitatie het nieuwe ziekenhuis ging beheren. Daarmee heeft het Land de afspraak ‘geschonden’, aldus Sint Elisabth. Maar dat betekent niet dat partijen afstand hebben gedaan van het MoU en dus van de verplichting van schuldsanering van Sehos. Het Land heeft naar de mening van SEF ‘op verschillende momenten bevestigd dan wel laten blijken gebonden te zijn aan het MoU’.
Bron: Antilliaans Dagblad