30 C
Willemstad
• vrijdag 26 april 2024

Extra | Journaal 24 april 2024

Elke werkdag het laatste nieuws van Extra, nu ook in het Nederlands. Bron: Extra

Democracy now! | Tuesday, April 23, 2024

Democracy Now! is a national, daily, independent, award-winning news program hosted by journalists Amy Goodman and Juan Gonzalez. Democracy Now!’s War and Peace Report provides our audience...

Extra | Journaal 23 april 2024

Elke werkdag het laatste nieuws van Extra, nu ook in het Nederlands. Bron: Extra

Democracy now! | Monday, April 22, 2024

Democracy Now! is a national, daily, independent, award-winning news program hosted by journalists Amy Goodman and Juan Gonzalez. Democracy Now!’s War and Peace Report provides our audience...

Extra | Journaal 22 april 2024

Elke werkdag het laatste nieuws van Extra, nu ook in het Nederlands. Bron: Extra

Democracy now! | Friday, April 19, 2024

Democracy Now! is a national, daily, independent, award-winning news program hosted by journalists Amy Goodman and Juan Gonzalez. Democracy Now!’s War and Peace Report provides our audience...
- Advertisement -spot_img

Column Zambesi revisited | De begrafenis van de waarheid (16)

HomeLandenCuraçaoColumn Zambesi revisited | De begrafenis van de waarheid (16)

Column door dr. Jose M. Eustatia

Dr. Joe M. Eustatia
Dr. Jose ‘Joe’ M. Eustatia

Ik ontleen de ondertiteling van dit hoofdstuk aan een van de theaterliederen die dit jaar genomineerd is voor de Annie MG Schmidtprijs.

In het PAROOL van 2 maart 2021 wordt dit prachtige protestlied lovend besproken:

“Beuving bezingt pogingen om de waarheid te begraven of in brand te steken. Ze komt echter steeds ongeschonden uit de strijd. Want de waarheid heeft geen graf. Het is een eeuwenoud thema dat anno 2021 toch zeer actueel is. De fraaie compositie van Tom Dicke straalt dezelfde onverzettelijkheid uit als de tekst”.

Tot zover het PAROOL. Parafraserend op de tekst van het PAROOL stel ik dat de tekst van Beuving dezelfde onverzettelijkheid uitstraalt als mijn gevecht tegen rechters die de waarheid wilden begraven. Het lied past naadloos bij de inhoud van mijn columns die een niet aflatend protest tegen de liegende rechters van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Caribisch Nederland (GHvJ) laten horen.

Die rechters hebben zelfs tot aan het College van Hoger Beroep toe de waarheid vervangen door de leugen. Maar de waarheid is niet dood en laat zich niet door liegende rechters begraven. Want de waarheid kent geen graf.

Ik stel de deugende rechters van het GHvJ voor dit prachtige lied op YouTube te beluisteren. Het lied is een integere rechter op het lijf geschreven. Maar het lied is ook voor de liegende rechters van het GHvJ van belang. Het zou hen tot lering kunnen strekken.

Ik moet net als in TV-series, bij elke nieuwe column steeds weer kort teruggrijpen op het in de vorige column behandelde onderwerp. Dat is een voorwaarde om de verhaallijn goed te kunnen volgen.

Column Zambesi revisited deel 15 draaide om de valse akte van mr. Ruben D en het schaamteloos partijdige optreden van de rechters van het GHvJ in de procedures die ik tegen mr. Frans V en zijn “omgeprate” arbiter heb gevoerd. De rechters van het GHvJ hebben jarenlang geprobeerd deze akte die op een zeer knullige manier was gemanipuleerd, als een authentieke akte voor te stellen. Zij deden dit om te voorkomen dat hun college, rechter mr. Frans V, die in het diepste geheim de akte als basis voor het door hem geleide arbitrageproces had gebruikt, zich voor valsheid in geschrifte zou moeten verantwoorden.

De eerder voor fraude tot een gevangenisstraf veroordeelde advocaat mr. Ruben D had rechter mr. Frans V die valse akte heimelijk toegespeeld met de bedoeling hem in het arbitrageproces als “echt” te gebruiken. Ik heb in voorgaande columns met onweerlegbare bewijsstukken aangetoond dat de akte vals was.

Zelfs de onverbeterlijkste gelovigen in de onafhankelijkheid, onpartijdigheid en onkreukbaarheid van de Nederlandse rechters, zullen na kennis te hebben genomen van de door mij gepresenteerde bewijsstukken, niet aan de valsheid van de akte twijfelen. De pestilente geur van corruptie komt je op meters afstand van die valse akte toewaaien.

Voor de als arbiter bijklussende rechter mr. Frans V lag dat uiteraard anders. Die deed alsof hij heilig in de authenticiteit van de hem toegespeelde akte geloofde; hij vond het daarom absoluut niet nodig om partijen te vragen of ze het met de bedoeling van de akte eens waren. Mr. Frans V heeft in het door hem geleide arbitrageproces nooit met ook maar één woord over de hem toegespeelde akte gerept. Ook in de tussenvonnissen en het arbitrale eindvonnis werd de akte niet vermeld.

Mr. Frans V ging er in zijn vakkundig opgevoerde komedie, misleidend van uit dat alle partijen de door mr. Ruben D aangeboden akte, als “echt” hadden aanvaard. Ondergetekende zou de nadelige gevolgen van het aan het arbitrageproces onttrekken van de VOF zonder protest hebben aanvaard. Dit zijn uiteraard bizarre en ongeloofwaardige leugens en bedrog.

Mr. Ruben D en zijn “omgeprate” rechter mr. Frans V hadden er alle belang bij dat ik pas via het arbitrale eindvonnis zou ontdekken welke poets zij mij gebakken hadden. Want dan was er immers geen weg terug. Ik werd inderdaad pas met het eindvonnis door de gevolgen van deze akte verrast.

Een geconsulteerde deurwaarder maakte mij erop attent dat het arbitrale vonnis niet executeerbaar was, omdat de enige solvente wederpartij aan het arbitrageproces was onttrokken. Door de afwezigheid van de VOF waren uitsluitend de onbeduidende werkmaatschappijen van de VOF als tegenpartij overgebleven. En de cliënten van mr. Diaz waren wel zo slim er voor te zorgen dat bij die onbeduidende, makkelijk inwisselbare nv’tjes, niets viel te halen.

Uit een brief die ik recentelijk van de SVB heb ontvangen, blijkt dat die onbeduidende nv’tjes nooit bij de SVB zijn ingeschreven. Een nieuw feit dat tot voor zeer kort voor mij geheim was gehouden.

De SVB heeft altijd een de facto monopolie-positie als zorgverzekeraar gehad. Nu blijkt dat ook die kleine partijtjes niet bij de SVB bekend waren en de bij de SVB wel ingeschreven partij, de VOF, aan het arbitrageproces was onttrokken, was er niet één partij die ik met enige kans van slagen direct tot betalen kon dwingen.

Het is begrijpelijk dat als ik tijdig achter het bestaan van die akte was gekomen, ik de overeenkomst stante pede voor vernietiging zou hebben voorgesteld. Absolute geheimhouding was dus voor mr. Ruben D en zijn “omgeprate” rechter dan ook een conditio sine qua non.

Ik raak niet uitgepraat over de partijdigheid en het totaal ontbreken van integriteit bij de door mr. Ruben D “omgeprate” rechter mr. Frans V. Dit avontuur met een partijdige als arbiter bijklussende rechter, de liegende rechters van het GHvJ en liegende advocaten, is zo bizar dat je er inderdaad niet over uitgepraat raakt.

Voordat we verder gaan, voor een beter begrip en het beter volgen van de verhaallijn, een korte samenvatting van het voorgaande:

De benoeming van arbiter mr. Frans V werd tegen alle procedurele regels in door mr. Ruben D doorgedrukt en mij door de strot geduwd. Het is begrijpelijk dat er reeds vóór de aanvang van het arbitrageproces, terechte twijfel bestond aan de onpartijdigheid van de mij opgedrongen arbiter.
Het feit dat advocaat mr. Ruben D die de benoeming van de arbiter had doorgedrukt eerder voor fraude tot een onvoorwaardelijke gevangenisstraf was veroordeeld, droeg in sterke mate bij aan de bij mij bestaande twijfel aan de onpartijdigheid van de arbiter.

Het zal dan ook geen verrassing zijn dat de meest pessimistische verwachtingen bewaarheid werden: Mr. Frans V heeft zich in het arbitrageproces openlijk als de zaakvoerder van mr. Ruben D, de advocaat van de tegenpartij, opgesteld.

De akte die arbiter mr. Frans V van mr. Ruben D toegespeeld kreeg, was een gemanipuleerd, op frauduleuze wijze veranderd product waar de enige solvente wederpartij heimelijk van deelneming aan het arbitrageproces was onttrokken.

Mr. Ruben D was niet de aangewezen persoon om de akte naar de arbiter door te geleiden. Mr. Ruben D heeft zich die taak op oneigenlijke wijze toegeëigend. Hij wist dat dit hem de gelegenheid bood om zijn valse akte naar mr. Jos D, de secretaris van het arbitrage instituut door te geleiden.

Mr. Jos D heeft het opzichtig gemanipuleerde concept onder dankzegging aanvaard en deze zonder enig bericht aan mij of mijn raadsman, naar de arbiter doorgeleid. Het hoeft geen betoog dat deze mr. Jos D die als secretaris van de arbitragecommissie optrad, tot aan zijn nek in het door mr. Ruben D opgezet complot zat.

Dat mr. Ruben D een besmet verleden had, is inmiddels bekend. Maar ook de door hem tegen alle procedurele regels in het arbitrageproces ingeparachuteerde mr. Frans V was niet van corruptie-smetten vrij. Mr. Frans V heeft een zeer scheve schaats gereden in het uit 2010 stammend Bonairiaanse Zambezi strafrechtelijke onderzoek. Hij had op onwettige wijze geïntervenieerd in het lopend Zambezi strafrechtelijke onderzoek, waardoor het onderzoek volgens het Bonairiaanse OM werd “getorpedeerd”.

Mr. Frans V zou, naar verluidt (ik verwijs naar de uit de jaren 2010 daterende publicaties van onderzoeksjournalist Joep Dohmen in de NRC), in het belang van cq in opdracht van een vooraanstaande Nederlandse staatsmaatschappij hebben gehandeld. Het onderzoek moest naar verluidt per se worden “getorpedeerd” om de betrokkenheid van die vooraanstaande staatsmaatschappij en haar bestuurders bij corruptie te verhullen.

Deze zaak is zoals ik in eerdere publicaties heb uitgelegd als staatsgeheim in de doofpot gestopt. Mr. Frans V werd voor zijn illegale interventie met een overplaatsing naar de prestigieuze rechtbank van Haarlem beloond. Daar mocht hij als vicevoorzitter van de rechtbank aan de slag gaan. Men zal wel kunnen begrijpen dat het een hard gevecht is om deze foute rechter aan de schandpaal te nagelen. De Overheid en haar prestigieuze staatsmaatschappij staan immers bij hem in het krijt.

Vast staat dat mr. Frans V met zijn interventie in het Zambezi strafrechtelijk onderzoek vuile handen heeft gemaakt. Maar dat verklaart niet hoe de frauduleuze mr. Ruben D in zijn zoektocht naar een rechter die zijn mestkar moest trekken, zo rechtstreeks bij de edelachtbare rechter mr. Frans V is uitgekomen. Is hier sprake van een “ons kent ons”- scenario?

Alles wijst er op dat mr. Ruben D op de een of andere manier moet hebben geweten dat er met rechter mr. Frans V zaken konden worden gedaan. Hij is in zijn zoektocht naar een arbiter die hij voor zijn karretje kon spannen doelbewust op mr. Frans afgestevend. Het is tijdens het arbitrageproces overduidelijk gebleken dat mr. Ruben D de voor zijn doel juiste keuze had gemaakt. Mr. Frans V heeft zich zowel vóór als tijdens het arbitrageproces als een doorgewinterde maffiose figuur opgesteld. De keuze van consigliere mr. Ruben D voor met name deze rechter blijkt dan ook een geslaagde keuze in de “ons kent ons”- sfeer te zijn geweest.

Tot zover zeer in het kort wat in vorige columns aan de orde is gesteld.
En dan direct de vraag waarom zoveel aandacht aan een akte, waarvan inmiddels voor iedereen met een modaal IQ duidelijk is, dat het een gemanipuleerd product is? Het mag ongeloofwaardig klinken, maar die aandacht blijkt per se nodig te zijn. Het is tot mijn niet geringe verbijstering gebleken dat een groot aantal rechters van het GHvJ aangaven (veinsden?) “niet te weten dat zij met een gemanipuleerd product van doen hadden”.

Voor mij en voor naar ik mag aannemen alle personen die geen gaatjes in hun hersenschors hebben, iets dat nauwelijks te vatten is. Het bij rechters bestaand onbegrip was zo hardnekkig dat ik haast aan de eigen cognitieve vermogens begon te twijfelen.

Ik ben – ondanks al de aan hen voorgelegde bewijsstukken – er niet in geslaagd de rechters van het GHvJ te overtuigen.

Ik voel me daarom genoodzaakt elk misverstand uit te sluiten die bij de lezer eventueel omtrent het gemanipuleerd zijn van de akte zou kunnen bestaan. Alle trucjes waarvan de rechters van het GHvJ gebruik hebben gemaakt om mij van de “echtheid” van de akte te overtuigen moeten vakkundig worden ontmaskerd. Want dat de rechters van het GHvJ het allemaal niet snapten, daar geloof ik natuurlijk geen snars van.

Neem bijvoorbeeld rechter mr. Gijs L. Mr Gijs L heeft de moeite genomen om een eigen anderhalve pagina lange “verklaring” voor de “echtheid” van mr. Ruben D’s akte te verzinnen. Daarmee kon hij mr. Ruben D in mijn tegen hem opgestarte tuchtprocedure uit de wind houden.

Plv. rechter mr. PH Vng gebruikte op zijn beurt de volstrekt ongeloofwaardige “verklaring van echtheid” van rechter mr. Gijs L om de als arbiter bijklussende rechter Frans V in de door mij opgestarte civiele procedure uit de wind te houden. Na zijn vonnis, dat bol stond van onjuistheden en klinkklare leugens, kon deze bewijsbaar foute rechter in alle rust zijn koffers pakken om in Nederland verder aan de slag te gaan.

Mr. Jan Frs, heeft zich als voorzitter van het College van Hoger Beroep niet beroepen op de “verklaring van echtheid” van zijn collega mr. Gijs L. Hij volstond met het resoluut afwijzen van mijn verzoek om de akte door een erkend forensisch onderzoeker op echtheid te laten controleren. Ik zou volgens deze rechter “geen belang hebben bij dat onderzoek, omdat het onderzoek geen wijziging zou brengen in het bedrag dat de arbiter mij had toegewezen”.

Ronduit bizar. Rechters die in de hogere rechtelijke rangorde verkeren, doen in frauduleus en leugenachtig gedrag niet onder voor hun collegae in de lagere pikorde.

Ik vraag me op grond van de eigen ervaring af hoe de overheid, pers en rechters er in slagen alle Nederlandse rechters als strikt onpartijdig en onkreukbaar te blijven voorstellen. Want ik kan niet geloven dat mijn geval een unicum of uitzondering is. Wel in zoverre een unicum, doordat ik er in slaag te voorkomen dat deze zaak onder het tapijt wordt geveegd, zoals in al te vele gevallen wel gebeurt.

In tegendeel: ik houd de gerechtelijke beerput niet alleen open, maar ik blijf ook hardnekkig wijzen op de “geestelijke milieuverontreinigende” effecten van deze beerput. Ik kan zonder enige terughoudendheid stellen dat ik nooit met meer institutionele leugenachtigheid en onwaarachtigheid ben geconfronteerd, dan in mijn jarenlange onvrijwillige en onaangename contacten met de rechters van het GhvJ.

Ik heb me soms afgevraagd of mr. H. Naves, voorzitter van de Raad van de Rechtspraak, blind is voor de leugens van zijn rechters, dan wel zich daar blind voor houdt. Het blijkt echter dat mr. Naves zélf verzuimt het goede voorbeeld te geven. In zijn optreden in het televisieprogramma BUITENHOF van 7 maart 2021, beriep mr. Naves zich op de vooraanstaande plaats die de Nederlandse rechtspraak volgens een internationaal onderzoek al jarenlang zou innemen.

Mr. Naves doelde op het Rule of law index 2020 van het World Justice Project. De Nederlandse rechters maken er een gewoonte van om zich op de borst kloppend van trots, naar dat Rule of Law World Justice Project te verwijzen. Zij zijn dat blijven doen ook na in de Volkskrant van 21 maart 2019 een artikel werd gepubliceerd, waarin het resultaat van door Ir. Toon Peters verricht onderzoek werd aangehaald. Ir. Toon Peters heeft aan de hand van onweerlegbare bewijsstukken aangetoond dat van dat World Justice Project- onderzoek niets, maar dan ook niets deugde.

Mr. Naves was tijdens zijn optreden in het programma BUITENHOF 7 maart 2021 per se op de hoogte van dat spraakmakende VOLKSKRANT artikel. Het artikel had namelijk de nodige stof doen opwaaien en tot discussies geleid die mr. Naves niet zijn ontgaan. De Raad voor de Rechtspraak had immers al eerder bij monde van mr. Saskia Sicking moeten toegeven dat de vraag gerechtvaardigd was welke waarde je aan dat onderzoek mocht hechten. Mr. Naves heeft er kennelijk niet voor geschroomd in het veel bekeken TV programma BUITENHOF schaamteloos misleidende informatie te verstrekken. Mag je van “lagere” rechters dan beter verwachten?.

Ik voelde mij in het contact met de rechters van het GHvJ als een moderne Josef K die zijn rechters met de moed der wanhoop trachtte te overtuigen dat één plus één twee is; terwijl die rechters hardnekkig bleven volhouden dat in dit specifieke geval één plus één van alles kon zijn, behalve twee.
Ik zal dat probleem van rechterlijke verstandsverduistering omzeilen door hun een gegeven voor te houden dat zij geacht mogen worden beter dan wie ook als waar te onderkennen:

“een advocaat is niet verplicht een akte te tekenen om daarmee aan te tonen dat hij/zij een in de akte genoemde partij vertegenwoordigt”. Mr. Ruben D is in een tiental procedures die aan het arbitrageproces zijn voorafgegaan, opgetreden als de vertegenwoordiger van de VOF. Hij heeft in een van die procedures zich met zoveel woorden nadrukkelijk gepresenteerd als de rechtmatige vertegenwoordiger van de door zijn cliënten “voortgezette” VOF. Mr. Frans V was op de hoogte van meer dan een van de procedures, waarin mr. Ruben D optrad als de vertegenwoordiger van de VOF. Die procedures gingen veelal over door de cliënten van mr. Ruben D van mijn bedrijf gestolen goederen. Die diefstallen zijn tijdens het arbitrageproces uitgebreid ter sprake gekomen.

Er is over de door de cliënten van mr. Ruben D van mijn bedrijf gestolen telefooncentrale een procedure gevoerd, waarbij het uit zijn behuizing slopen van de telefooncentrale door de rechter als onrechtmatig werd beoordeeld. Al deze diefstallen werden door de semicriminele cliënten van mr. Ruben D verantwoord door aan het gerecht een valse inventarislijst te presenteren. Zij zouden alle eigendommen van de VOF hebben overgenomen en het stond hun dus vrij mijn gebouw leeg te plunderen.

Arbiter mr. Frans V oordeelde in “strikte onpartijdigheid” dat de cliënten van mr. Ruben D de gestolen telefooncentrale mochten houden tegen het aan mij uitkeren van de dagwaarde. Daarin was niet opgenomen het veel groter bedrag van de installatiekosten. Dus ik kreeg 10% van het bedrag toegewezen dat nodig was voor het aanschaffen en installeren van een nieuwe centrale. Een minder lankmoedige persoon had deze corrupte arbiter met tafel en al omver geschopt.

De witteboordencriminele cliënten van mr. Ruben D hebben dezelfde valse inventarislijst gebruikt om een generator ter waarde van NAF 50.000.00 uit zijn behuizing te slopen en naar hun nieuwe kantoorpand te verslepen.

Maar in dit geval waren de bewijsstukken en het eigendomsbewijs zelfs de partijdige arbiter te machtig en kon hij niet anders dan de generator aan zijn terechte eigenaar toewijzen. Maar in zijn arbitrale tussenvonnis deed de arbiter het voorkomen alsof er louter sprake was van een misverstand over de betaling van de generator.

De arbiter verklaarde ondanks de talrijke voorbeelden van door de cliënten van mr. Ruben D gepleegde diefstallen, in zijn arbitraal eindvonnis “dat hij de cliënten van mr. Ruben D niet op één onrechtmatige daad had kunnen betrappen”.

Je moet maar lef hebben.

De schaamteloosheid van mr. Frans V kende geen grenzen. Maar dat geldt ook voor de rechters van het GHvJ. Voor hen was geen leugen te veel om hun door en door foute collega rechter mr. Frans V uit de wind te houden.

Wordt vervolgd

Dr. Jose ‘Joe’ M. Eustatia (1938) studeerde medicijnen aan de Universiteit van Nijmegen. Hij promoveerde in 1971 tot doctor in de geneeskunde op het proefschrift de vermenigvuldiging van virussen in lymphocytyen; een toentertijd zeer besproken onderwerp. In 1972 keerde hij als specialist in de laboratoriumgeneeskunde (hoofdvak Bacteriologie) naar Curacao alwaar hij tot 1998 als arts-bacterioloog en hoofd Landslaboratorium werkzaam is geweest. Eustatia heeft een belangrijke bijdrage geleverd aan de studie omtrent het voorkomen en de bestrijding van HIV-infecties (AIDS) op Curacao. Lees meer…

Dit artikel is geplaatst in

Geef een reactie

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in

Zoeken

Recente reacties