WILLEMSTAD — De voormalige minister van Sociale Ontwikkelingen, Arbeid en Welzijn Sherwin Josepha zal niet strafrechtelijk worden vervolgd.
Dit zegt OM-woordvoerder Norman Serphos desgevraagd.

Het Openbaar Ministerie (OM) is naar aanleiding van de geruchten in de media dat de minister zijn vrouw had mishandeld, een onderzoek gestart om de waarheid hiervan te toetsen. Procureur-generaal Dick Piar heeft op basis van de instructie Relationeel Geweld 2010 (RG) opdracht hiervoor gegeven.

Uit het verrichte waarheidsvinding onderzoek blijkt dat een politiepatrouille naar de woning van de minister is uitgerukt, nadat de centrale meldkamer een melding kreeg over een ruzie bij die woning.
De vrouw verklaarde tegenover de agenten dat ze ruzie had met haar man en dat ze inderdaad naar de buren was gegaan om hulp te zoeken.
Ze wilde verder geen aangifte doen tegen Josepha.

Het OM kan echter conform de instructie RG ambtshalve een onderzoek starten naar huiselijk geweld.
Een aangifte van het slachtoffer zelf is hiervoor niet nodig, maar er moeten wel indicaties zijn om de dader te vervolgen, voegt Serphos eraan toe.

In het geval van Josepha, had de vrouw geen zichtbaar letsel en de buren hadden ook niet gezien dat ze mishandeld werd.
Bovendien zijn er geen eerdere meldingen van huiselijk geweld.
Uit het onderzoek blijkt dus dat er geen bewijzen zijn dat Josepha zich schuldig heeft gemaakt aan mishandeling van zijn vrouw, dus zijn er gronden om de voormalige minister te vervolgen.

Het OM heeft conform de instructie wel contact opgenomen met de sociale ketenpartners om de betrokkenen te ondersteunen.
Slachtofferhulp heeft aandacht voor deze zaak.
De vrouw wordt intussen al door de slachtofferhulp geholpen.

Josepha zelf is niet bereikbaar voor commentaar.
De ex-minister heeft eerder wel desgevraagd verklaard bij geen enkel geval van mishandeling betrokken te zijn geweest.
Hij legde verder uit dat hij niet eens op de hoogte was van de geruchten.