
Willemstad – De Office of Foreign Assets Control (Ofac) heeft Curaçao uitbreiding van de speciale licentie gegeven. Hiermee wordt een zekere vrijwaring verkregen in verband met de VS-sancties tegen Venezuela. Dat bevestigde de regering gisteravond laat.
De Curaçaose regering had in september het verzoek voor de uitbreiding van de licentie ingediend om te voorkomen dat Refineria Isla – vanwege de sancties die de VS aan Venezuela heeft opgelegd – haar financiële verplichtingen niet meer zou kunnen nakomen.
De uitbreiding houdt in – zo werd gisteravond bekendgemaakt – dat PdVSA, Refineria Isla S.A. en Refineria bv (lees: Isla) hun producten kunnen commercialiseren, uitsluitend met het doel om personen of instanties op Curaçao te betalen.
De licentie geeft ook uitdrukkelijk aan dat de opbrengsten van de verkoop níét naar Isla bv of PdVSA mogen gaan; alle betalingen zijn ten behoeve van lokale instanties die nog geld moeten krijgen van Isla. Dit geeft PdVSA en Isla de ruimte om aan financiële lokale verplichtingen te voldoen, aldus de regering.
Curaçao had eerder al een licentie gekregen – in mei 2019 – met het doel de gevolgen van de sancties tegen Venezuela/PdVSA enigszins weg te nemen voor het eiland. Hoewel Curaçao geheel buiten de situatie in Venezuela staat, ondervindt het eiland toch de ernstige effecten ervan. Zo konden PdVSA en daarmee dochteronderneming Refineria Isla ‘niet meer onder normale omstandigheden functioneren’, legde de regering eerder uit.
De eerder gegeven licentie bleek echter onvoldoende in staat het risico weg te nemen dat Isla vroeg of laat niet meer zou kunnen betalen, met de kans dat de raffinaderij eerder zou sluiten dan de geplande datum van 31 december 2019. Daarom werd in september uitbreiding van de licentie aangevraagd, hetgeen nu is gekregen.