WILLEMSTAD — Een enquête, uitgevoerd door de organisatie Idea Kòrsou, heeft aan het licht gebracht dat een meerderheid van de bevolking van Curaçao niet de noodzaak inziet van drastische maatregelen om de financiële situatie van het eiland te redden.
Maar liefst 40 procent stelt ervan overtuigd te zijn dat maatregelen niet nodig zijn, terwijl 17 procent stelt te twijfelen aan de noodzaak van deze maatregelen.
Slechts 42,6 procent van de ondervraagden is het eens met de noodzaak van maatregelen.
De maatregel die op de meeste weerstand kan rekenen is de ob-differentiatie, namelijk de verhoging van de ob van 6 naar 9 procent voor producten die slecht zijn voor het milieu, de gezondheid of die als luxe-producten kunnen worden omschreven.
70 procent van de ondervraagden geeft aan tegen deze maatregel te zijn.
Slechts 6 procent geeft aan het ‘helemaal eens’ te zijn met de maatregel, terwijl nog eens 22 procent stelt hiermee te kunnen leven.
De verhoging van de pensioengerechtigde leeftijd van 60 naar 65 jaar, om het pensioenfonds te redden, kan ook op weinig steun rekenen.
Maar 35 procent stelt zich hierin te kunnen vinden.
Opvallend is dat 43 procent van de ondervraagde vrouwen en 33 procent van de ondervraagde mannen tegen deze maatregel zijn.
Aan de andere kant valt uit de enquête op te maken dat 31 procent van de vrouwen het eens is met deze maatregel, terwijl het percentage mannen op 41 procent ligt.
De basisverzekering ziektekosten (bvz) wordt door slechts 29 procent van de ondervraagden als acceptabel omschreven.
Tijdens het onderzoek werd ook gevraagd naar het functioneren van leden van het kabinet-Hodge.
Hieruit bleek dat verschillende ondervraagden geen naam konden opnoemen van ministers van Curaçao.
Premier Daniel Hodge (PS) kreeg hierbij steun van 27 procent van de ondervraagden, gevolgd door Financiën-minister José Jardim (onafhankelijk Statenlid Glenn Sulvaran) met 10 procent en Onderwijs-minister Rubina ‘Rubia’ Bitorina (PS) met negen procent.
De ministers waarvan de ondervraagden meenden dat zij het minste goed werk verrichten zijn Steven Martina (Economische Ontwikkeling, Pais) met 4 procent en Sherwin Josepha (Sociale Ontwikkeling, Arbeid en Welzijn, PS) met slechts twee procent.
Ook werd er gekeken naar de rol van partijen op het eiland.
Hierin valt de PS zowel in negatieve-, als positieve zin op.
33 procent vindt dat de partij goed werk verricht.
Dit is de beste van alle partijen.
De slechtste is de PNP met 2 procent.
De partij waarin men het meeste teleurgesteld is, is ook de PS met 60 procent.
Opvallend is dat de PNP, met maar 2 procent, de partij is waarin kiezers het minst teleurgesteld zijn.
Het onderzoek werd uitgevoerd onder een representatieve groep van 296 personen, aldus Idea Kòrsou.
De informatie werd vergaard door negen personen.
Dit gebeurde in een periode van drie dagen.
Voor het onderzoek werd gebruik gemaakt van Servqual, een model om de kwaliteit van diensten te controleren of om na te gaan hoe een gemeenschap over bepaalde ontwikkelingen in de maatschappij denkt.
Het onderzoek werd georganiseerd en betaald door Inter Continental University of the Caribbean (ICUC) en was een initiatief van bekend onderzoeker Gilbert Cijntje.