Door  Belkis Osepa

Ondanks de precaire financiële situatie van Curaçao, wil de coalitiepartij Pueblo Soberano (PS) gedane beloftes aan de Curaçaose bevolking nakomen. Volgens PS-parlementariër Jaime Cordoba: “We kunnen het volk niet iets beloven en toch niet over de brug komen.”

Wonen zonder water en elektriciteit. Dat doet Lourdes al acht jaar. Ze is moeder van drie kinderen van 14, 9 en 8 jaar. Zij is niet de enige. Volgens de Stichting KoHeHe die opkomt voor het welzijn van kinderen, zijn ongeveer duizend gezinnen op Curaçao van water afgesloten. Onze Standplaats is vanuit de woning van een gezin dat het moet doen zonder water in de wijk Souax.

De 32 jarige Lourdes – dit is overigens niet haar echte naam – is laag opgeleid en zit al jaren zonder werk. Ze krijgt ook geen bijstand. In het gesubsidieerd traject voor hulp, wordt ze van het kastje naar de muur gestuurd. Slechts met hulp van buurvrouw Swinda kunnen ze het tot nu toe redden.

Schrijnend

Om de vier á vijf dagen geeft buurvrouw Swinda het gezin water. Twee watertonnen en een aantal emmers in de hoek van de keuken, worden dan gevuld. “Dat water gebruiken we voor alles. Om te drinken, koken en douchen”, zegt Lourdes verdrietig. Ze begrijpt niet waarom ze geen hulp krijgt van de verantwoordelijke instanties. “Mijn consulent geeft nooit thuis.”

Slaapkamer gezin Souax

Foto | Belkis Osepa

De situatie van Lourdes is schrijnend. De woonkamer van het armoedige huis heeft geen plafond, de verf bladdert van de muren af en de kinderen slapen in een muffe, vochtige kamer. Het toilet is onhygiënisch omdat ze het niet kunnen doorspoelen. Swinda: “Soms gaan de kinderen niet naar school. Lourdes’ zoon loopt rond met schimmels op zijn hoofd, door gebrek aan goede hygiëne”.

Hensley Martina van de Stichting KoHeHe spreekt van een triest geval. “Ik vraag me af hoe dit kan tegenwoordig, dat kinderen zonder water en elektriciteit zitten. Er komt een tijd dat deze kinderen verzeilen in de criminaliteit.” Moeder Lourdes doet zo nu en dan een klusje om aan geld te komen of ze vraagt buren om geld en eten.

Gratis water

Een recent advies van ombudsman Alba Martijn om marginale gezinnen gratis water te geven, geeft Lourdes hoop. Martina hoopt met haar mee, maar zegt tegelijkertijd dat de Curaçaose regering actie moet ondernemen om deze gezinnen te helpen.

“Tot nu toe heb ik niets gehoord van de Statencommissie die hierover gaat. Het nutsbedrijf Aqualectra blijft het water van deze marginale gezinnen afsluiten.”

PS-Statenlid Jaime Cordoba is op vrijdag 8 juni de situatie bij Lourdes in Souax gaan bekijken. Hij had beloofd dat zij binnen een paar dagen water en elektriciteit zou krijgen.  Volgens Cordoba kan hij zijn belofte niet houden omdat de situatie gecompliceerder is dan het lijkt. “Ik heb direct contact gezocht met Aqualectra. Die gaan nu de hele historie van de water- en elektriciteitslevering aan dit huis analyseren. Op het adres van deze familie staat nog een schuld open van ongeveer vijf duizend gulden op naam van de vader van Lourdes. Die schuld is opgebouwd door het illegaal aftappen van water en elektra in het verleden.”

Cordoba legt uit dat de schuld eerst overgeheveld moet worden naar de vader die elders woont,  zodat het gezin met kinderen weer water en elektriciteit kunnen krijgen. Hij geeft aan al zeker honderd telefoontjes te hebben gekregen van mensen die schulden hebben bij het nutsbedrijf. “En daar moeten we niet naar toe. Iedereen moet zijn of haar schuld betalen en leren omgaan met het geld dat binnenkomt”, aldus Cordoba.

Willemstad – Het akkoord tussen de partners Usona en het ministerie van Onderwijs, Wetenschap, Cultuur en Sport omtrent de verduurzaming van de sociale vormingsplicht is vrijdag getekend.

Met het project wil de overheid beginnen met een proces om langzaam de goede praktijken van het project te implementeren en daarmee bereiken dat deze in de toekomst een integraal deel vormen van het onderwijsbeleid”, aldus Corine Blom, accountmanager van het ministerie namens minister Carlos Monk.

Het doel van het project is volgens Blom een integratie te bereiken tussen sociale vorming en onderwijs met een zorg- en aandachtsysteem dat noodzakelijk is en gericht is op jongeren tussen de 16 en 24 jaar die uit het reguliere onderwijssysteem zijn gevallen. Met het project wil de overheid het proces om hun een nieuwe perspectief te bieden voor de toekomst verbeteren en ook preventief werken om te voorkomen dat jongeren uit het onderwijssysteem blijven vallen.

De nieuwe weg is bepaald aan de hand van de adviezen die uit een recent onderzoek kwamen waarbij de resultaten en de impact van het project werden geëvalueerd. De afdeling Sociale Vorming zal belast zijn met de uitvoer van het project, dat bestaat uit vijf integratietrajecten: uitbreiding van de mogelijkheid dat jongeren onderwijs kunnen volgen op sbo- en ago-niveau; de balans tussen controle en zorg versterken voor degenen die het risico lopen af te vallen; het onderwijs toespitsen op de arbeidsmarkt waardoor meer jongeren de markt op kunnen gaan met de noodzakelijke competenties; praktisch onderwijs versterken en de uitbreiding van sociale vormingsactiviteiten voor jongeren in wijken. Met verbazing heeft parlementslid van de PAR Marilyn Alcalá-Wallé kennis genomen van de financiering vanuit Nederland voor een bedrag van bijna 10 miljoen gulden voor het sociale vormingsproject waarvoor minister Monk het akkoord heeft ondertekend.

,,Wederom steekt Nederland 10 miljoen in het onderwijs en minister Monk opent zijn handen om het geld aan te nemen terwijl hij en zijn partij Pueblo Soberano categorisch aangeven niets met Nederland en Nederlands geld te maken te willen hebben. Onlangs noemde Monk Nederland in een parlementsvergadering op verschillende momenten ‘neo-koloniaal’ en ‘piraten’ en zei hij dat we ver van ze moesten blijven”, aldus Alcalá- Wallé. ,,Met deze actie laat hij duidelijk zien twee gezichten te hebben. Het is helemaal geen nieuw project maar een vervolg van een traject dat onder leiding van Etienne Ys begon en verankerd werd in de Landsverordening sociale vormingsplicht in 2005”, aldus de parlementsvrouw.

Ze vraagt zich echter ook af of het niet minister Hensley Koeiman van Sociale Ontwikkeling moest zijn die het akkoord moest tekenen.

Onderwijsvernieuwing

Gerard van der Wulp, vertegenwoordiger van Nederland in Aruba, Curaçao en Sint Maarten, is blij dat de sociale vormingsplicht op Curaçao doorgaat. ,,Dat Curaçao dit nu zelf gaat doen, wordt door het land dat ik vertegenwoordig als zeer positief gewaardeerd“, aldus Van der Wulp.

De vertegenwoordiger gaf ook aan dat de resultaten van de sociale vormingsplicht niet altijd positief geweest zijn. ,,De sociale vormingsplicht bestaat nu zes jaar en in die tijd hebben veel jongeren deelgenomen. Uiteindelijk viel het aantal jongeren dat eraan heeft deelgenomen tegen. Dat wil ik niet verhelen. Maar de andere kant is dat er ook heel veel jongeren zijn die deze kans wel hebben aangegrepen.”

De vertegenwoordiger gaf verder aan dat Nederland de afgelopen jaren honderden miljoenen guldens heeft bijgedragen aan de ontwikkeling van Curaçao. ,,Inmiddels heeft Nederland met ruim vier miljard gulden het grootste deel van de schulden van de voormalige Antillen afbetaald – en daarmee dus ook de schulden van Curaçao. Het land Curaçao betaalt daardoor ieder jaar opnieuw ruim 250 miljoen gulden minder aan rentelasten, en heeft dus ieder jaar ruim 250 miljoen gulden meer uit te geven dan vroeger. Met een deel van dat geld kan Curaçao in de toekomst zelf programma’s als de sociale vormingsplicht betalen – als de regering daarvoor kiest natuurlijk. Dit past overigens ook in de wens van Curaçao tot meer zelfstandigheid.”

Van der Wulp hoopt dat de onderwijsvernieuwing zal worden doorgezet. ,,Nederland heeft in die onderwijsvernieuwing op Curaçao in de afgelopen 10 jaar structureel ongeveer 20 miljoen gulden per jaar geïnvesteerd. Dit geld wordt gebruikt voor de ontwikkeling van leermiddelen, inrichting van lokalen, training van leerkrachten enzovoorts. De Nederlandse steun stopt, conform de afspraken. Maar de noodzaak tot deze investeringen houdt in 2013 niet op. Ik hoop dat de regering van Curaçao de onderwijsvernieuwing zal voortzetten en de benodigde middelen vrij zal maken op de eigen begroting.”

Willemstad – Het College financieel toezicht (Cft) heeft in de analyse naar de regering en de financiële commissie van de Staten aangegeven dat de begrotingstekorten niet de huidige regering alleen toe te schrijven zijn, maar dat deze debet zijn aan structurele problemen die door voorgaande regeringen verwaarloosd zijn.

Dat stelt MFK-fractievoorzitter in de Staten Dean Rozier die ook in de financiële commissie zit. De grote boosdoeners zijn volgens hem het fonds voor de Algemene Ouderdomsvoorziening (AOV), de kosten in de gezondheidszorg en de resultaten van de overheids-nv’s.

,,Een verwaarlozing van 10 tot 15 jaar kan niet in een dag en ook niet in twee jaar opgelost worden”, zo stelt Rozier die met de beschuldigende vinger wijst naar de PAR.

,,Maar ik kijk niet achteruit, ik kijk vooruit”, zo vervolgt het Statenlid. En dat dat geen gemakkelijke weg is illustreert Rozier met te stellen:

,,Behalve de dagelijkse problemen waar we in ons land mee te kampen hebben zoals de prijs van water, elektriciteit en benzine, criminaliteit, onderwijs, de wegen, wijken en dreigingen in het orkaanseizoen, moeten we nu ook werken aan de AOV, gezondheidszorg en overheidsnv’s. We kunnen geen wonderen verrichten, maar wel beloven om deze pijnpunten die eerder onmogelijk op te lossen leken, te verbeteren.”

Een moeilijke opgave, zo laat Rozier zien met het voorbeeld van de herstructurering van de gezondheidszorg:

,.Er zijn vele groepen bij betrokken die ook allemaal hun visie en mening erover hebben, die daarnaast ook niet allemaal op een lijn zitten”.

De stakeholders in de gezondheidszorg zijn onder andere huisartsen, specialisten, botika- ’s, importeurs, medicijnagentschappen en -importeurs, fysiotherapeuten en andere zorggroepen, het ziekenhuis en andere klinieken, de Sociale Verzekeringsbank (SVB), de Vereniging Bedrijfsleven Curaçao (VBC), de Kamer van Koophandel (KvK) en daar bovenop moeten er nog adviezen komen van de Raad van Advies (RvA) en de Sociaal Economische Raad (SER). Tot slot moet het parlement er dan nog haar goedkeuring aan geven.

,,U kunt zich voorstellen dat het Cft nog liever gisteren dan vandaag verbetering zag. Dat er financiële problemen zijn, daar hadden we het Cft niet voor nodig om dit te constateren”, aldus Rozier. Hij pleit dan ook voor het instellen van een eigen begrotingskamer, zodat Curaçao het Cft niet meer nodig heeft.

Het wordt elke dag duidelijker dat onze huidige regering in de machtsgreep is van georganiseerde misdaad. De hardnekkige interventie van de minister van Justitie Elmer Wilsoe in het lopend strafrechtelijk onderzoek naar fiscale fraude, valsheid in geschrifte en het witwassen van geld. Minister Spies is, vertegenwoordigend het Koninkrijk, komende woensdag, 13 juni, op Curaçao.

Dit is een moment om als koninkrijksburger de aandacht van het Koninkrijk te trekken voor de situatie op het eiland. Kom allen, die het niet eens zijn met deze steeds frequenter en intensief wordende bananenrepubliekachtige praktijken. Kom woensdag 13 juni om 17.00 uur ‘s middags als ‘bezorgde Rijksgenoot’ naar het Wilhelminaplein.

Toon massaal je bezorgdheid nu minister Spies voor een bliksembezoek op Curaçao is voor een ander zorgenkind van het volk: de compleet uit de hand lopende overheidstekorten.

Alleen als we in groten getale opkomen, kunnen wij laten zien dat wij als

‘mede-koninkrijksburgers’ absoluut geen bananenrepubliek willen worden.

Ruben Suriel en Edgar Leito

(Fundashon Pro Pueblo)

Curaçao

Willemstad – De zorgbond CBV, bij monde van voorzitter Coromoto Maria, betreurt het ten zeerste dat de vakbond niet betrokken wordt bij alle vernieuwingsplannen binnen de gezondheidszorg.

,,De maatregelen en het nieuwe beleid zijn van invloed op de sector en het personeel dat daarin werkzaam is. Wij willen weten wat en hoe groot de effecten zijn. Als de kosten in de gezondheidszorg moeten afnemen, moet dit zo min mogelijk ten koste gaan van de kwaliteit van de gezondheidszorg. Het kan niet zo zijn dat de bevolking hieronder moet lijden. We willen vooruit en niet achteruit. Het lijkt wel of we moderne slaven zijn die zonder inbreng allerhande beleid wordt opgelegd. De regering is in dezen helemaal niet sociaal”, zo voert Maria aan.

De vergadering die twee weken geleden gepland stond met de verschillende betrokken ministers, zoals Nasser El Hakim, George Jamaloodin en Jacinta Scoop-Constancia (allen MFK) ging niet door. El Hakim bleek in het buitenland te zijn, Jamaloodin had een andere vergadering die uitliep en Scoop-Constancia kwam een uur later.

,,We vinden de manier waarop wij als partner in de sector behandeld worden, respectloos. Scoop- Constancia heeft beloofd de nodige stukken toe te sturen. Wij zijn daarmee akkoord gegaan maar wel onder de voorwaarde dat er ook een gesprek op volgt. Tot de dag van vandaag hebben wij de stukken niet mogen ontvangen”, aldus Maria.

Concreet legt zij uit dat de nieuwe plannen van de regering om de kosten in de gezondheidszorg te verlagen, direct gevolgen heeft voor de CBV-leden. Als voorbeeld noemt ze het personeel in dienst van de botika’s (apotheken) die vallen onder de Samenwerkende Apothekers Curaçao (SAC). De personeelsleden zijn lid van de CBV.

,,We moeten uit de krant vernemen hoe het staat met bijvoorbeeld de import van medicijnen. We zijn bezig met het onderhandelen over een cao voor het SAC-personeel, maar komen nu niet verder omdat de apothekers in grote onzekerheid verkeren”, zo legt Maria uit.

Zo voorzien de botika’s dat ze verliezen gaan leiden als straks de voorraden bij wet verplicht onder de inkoopprijs verkocht moeten worden. Daar komt bij dat de apotheken niet zelf medicijnen mogen inkopen, als deze nog voorradig zijn op het eiland. Ondertussen zorgen de botika’s ervoor dat de voorraad zoveel mogelijk opraakt, opdat zij straks met zo min mogelijk verlies komen te zitten. Dit kan weer gevaarlijk zijn voor de volksgezondheid omdat bepaalde voorraden vereist zijn. Maria noemt ook de ontwikkelingen rond het nieuwe ziekenhuis, Nos Hospital Nobo (NHN).

,,Ook hiervan worden we niet op de hoogte gehouden. Voor ons is het vooral belangrijk om te weten of er geen negatieve gevolgen zijn voor het personeel.”

Willemstad – In een Algemene Ledenvergadering (ALV) van de Partido Nashonal di Pueblo (PNP) is gisterenavond gesproken over de nieuwe weg die de partij in zal slaan.

Wat precies de uitkomst is van de vergadering was bij het ter perse gaan van de krant nog niet bekend.

Gisteren legde secretaris Liorgo ‘Iyo’ Rosa uit dat zowel de partijleider, Humphrey Davelaar, als het voltallige bestuur besloten heeft hun positie beschikbaar te stellen.

,,De partij wil zich opnieuw gaan profileren en of dat met het zittende bestuur zo door kan gaan, laten we liever over aan de leden zelf. Het een en ander zal ook afhangen van de samenwerking tussen bestuur en de nieuwe politieke leider. Maar het kan ook nog zo zijn dat de leden ervoor kiezen alles bij het oude te houden”, aldus de penningmeester.

Vorig jaar al stelde Davelaar zijn functie beschikbaar. Nu dus ook het bestuur, behalve Rosa bestaande uit voorzitter Gisette Seferina, vicevoorzitter Maharo Isenia, penningmeester Humberto D’abreu de Paulo, secretaris Suzy Camelia-Römer, en commissaris Gregory Jonis. Rosa verwacht zelf dat er gekozen zal worden voor een vernieuwing in de partij. Binnen een maand moeten, als het aan hem ligt, een nieuwe partijleider en een nieuw bestuur bekend zijn.

Rosa: ,,Twee verkiezingen geleden bleek de keuze van een nieuwe partijleider in de persoon van Davelaar, te kort op de verkiezingen te zijn waardoor hij zich niet goed genoeg kon profileren. Nu willen we op tijd zijn voor de eerstkomende verkiezingen in 2014.”

Tijdens de ALV is gesproken over de brief van Davelaar, gedateerd 15 november 2011, waarin hij zijn positie beschikbaar stelt, en ook over de brief van het bestuur van 28 mei 2012. Daarna stond de behandeling van het huisreglement op de agenda, met name de procedure die doorlopen moet worden om een nieuwe partijleider te kiezen, evenals het huisreglement voor een nieuw bestuur. Zodra de afspraken zijn vastgelegd kunnen kandidaten zich beschikbaar of herkiesbaar stellen.

Willemstad – De regering heeft onlangs een plan gelanceerd voor het ontwikkelen van een aantal Curaçaose wijken waaronder ook de wijk Ser’i Otrobanda.

Er is op dit moment een aantal vervallen en leegstaande monumenten die, indien gerestaureerd, zullen bijdragen aan het bevorderen van de leefbaarheid in Ser’i Otrobanda. Veel van deze panden/percelen zijn echter toe te rekenen aan een onverdeelde boedel. Vele potentiële kopers worden door de complexiteit van dit veel voorkomende probleem afgeschrikt en haken vroegtijdig af. Het gevolg is dat deze panden niet worden opgekocht en gerestaureerd, wat de leefbaarheid van zo’n wijk weer niet ten goede komt. Het fenomeen van de onverdeelde boedels beperkt zich echter niet tot de wijk Ser’i Otrobanda, heel Curaçao heeft er mee te maken. Met het oog hierop, heeft de wetgever in 2007 een landsverordening betreffende langdurig onverdeelde gemeenschappen ingevoerd, maar sindsdien heeft slechts een handjevol verzoekers hier gebruik van gemaakt. Het gevolg is dat vele stukken grond onbeheerd blijven en gebruikers van de gronden deze niet kunnen verkopen en/of verzwaren met hypotheekrechten. Ook het land Curaçao loopt inkomsten mis, daar er voor dit soort gronden vaak geen grond/successiebelasting wordt afgedragen. Stichting Fundashon Ser’i Otrobanda, die zich ook bewust is van deze schrijnende situatie, heeft Concept Company nv benaderd om een inventarisatie te maken van alle leegstaande/vervallen panden in de wijk Ser’i Otrobanda. Ook wordt een stappenplan ontworpen waarin met name de Verordening langdurig onverdeeld gebleven boedels wordt uitgelegd voor geïnteresseerde kopers die te maken krijgen met een onverdeelde boedel. Concept Company vindt het cruciaal dat ook de Curaçaose gemeenschap (weer) wordt gewezen op de mogelijkheden die de landsverordening kan bieden. Dit willen de initiatiefnemers doen door middel van voorlichting en informatie, onder andere juridisch gefundeerde berichten. De komende tijd zal deze krant samen met Concept Company hier de nodige aandacht aan besteden. Hiermee willen degenen die Ser’i Otrobanda een warm hart toedragen een steentje bijdragen aan de bestrijding van de lacunes in het rechtssysteem en het herstel van deze wijk

Bestuur en doelen

Bestuursleden van Fundashon Ser’i Otrobanda zijn:

Kurt Schoop (voorzitter),

Valeska Boom (secretaris),

Erik Hagedoorn (penningmeester),

Quirine Guato

en Angela Ferero Wilson.

Doelen van de stichting zijn:

ervoor zorg te dragen dat het stadsdeel zich ontwikkelt tot een veilige, leefbare en gebalanceerde wijk waar het leuk vertoeven is, waar bewoners en bezoekers zich thuis voelen en waar de ‘local color’ de basis en aantrekkingskracht vormt om te wonen in dit stadsdeel en ook om dit stadsdeel te bezoeken;

het stimuleren en ondersteunen van sociale en andere projecten in dit stadsdeel en omgeving; het nastreven van algemeen maatschappelijke belangen.

Meer Info: www.seriotrobanda.org

Den Haag – Bovenop de schuldsanering heeft Nederland ook nog een bedrag van ruim honderd miljoen gulden aan betalingsachterstanden voor Curaçao en Sint Maarten betaald.

Uit een overzicht dat minister Liesbeth Spies (CDA) van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties naar de Tweede Kamer heeft gestuurd, blijkt dat de landen voor de deadline van oktober 2011 tien verzoeken tot het saneren van betalingsachterstanden hebben ingediend.

Daarvan zijn er acht door Den Haag gehonoreerd.

Voor Curaçao gaat het om:

– het Werkliedenfonds (1,2 miljoen),

– CORE/EGC (half miljoen),

– Korpodeko (1,9 miljoen),

– Werkliedenfonds/ Selikor (4,3 miljoen),

– StIP (5,7 miljoen), DOW (2 miljoen)

– en Apna (21,5 miljoen).

Sint Maarten heeft maar één post (Apna) maar die is met 65,5 miljoen wel veruit de grootste. Spies geeft de Kamer in haar brief ook een overzicht van de leningen die beide landen op dit moment bij Nederland hebben lopen. Nederland heeft op 10 oktober 2010 niet alleen de afgesproken 70 procent van de overheidsschuld voor zijn rekening genomen maar heeft de resterende 30 procent tegen een voor de nieuwe landen gunstige rente geherfinancierd.

Ruim 1,6 miljard schuld

Curaçao staat voor ruim 1,6 miljard gulden bij Nederland in het krijt tegen een rente die afhankelijk van de looptijd varieert van 2,5 procent (10 jaar) tot 3,125 procent (30 jaar).

Sint Maarten heeft 328 miljoen geleend tegen een iets lagere rente, bijvoorbeeld 3 procent bij een looptijd van 30 jaar. Voor een lening van 26 miljoen met een looptijd van 5 jaar wordt Philipsburg slechts 1,5 procent rente in rekening gebracht.

Als de landen op de kapitaalmarkt hadden moeten lenen dan waren ze tussen de 6 en 9 procent interest kwijt geweest. De herfinanciering door Nederland tegen deze lage rente levert Curaçao jaarlijks al gauw een voordeel van rond de 300 miljoen gulden op en Sint Maarten enige tientallen miljoenen. Curaçao en Sint Maarten hebben desondanks de grootst mogelijke moeite hebben de eindjes aan elkaar te knopen. Beide landen hebben sinds het aangaan van de leningen nog geen aflossingen gedaan, zo meldt Spies.

Schotte spreekt voorspelde vertraging tegen

Willemstad – Hoewel het College financieel toezicht (Cft) er een hard hoofd in heeft dat de geplande bezuinigingsmaatregelen op tijd zullen worden doorgevoerd, houdt premier Gerrit Schotte (MFK) de moed erin. Hij denkt per 1 september alles doorgevoerd te kunnen hebben, waarmee de aanval op het begrotingstekort eindelijk kan beginnen.

Deze verwachting, die de premier gistermiddag in een gezamenlijke persconferentie met minister van Financiën George Jamaloodin (MFK) uitte, staat in contrast met de voorspelling van het Cft. Voorzitter van het College Age Bakker gaf zaterdag aan dat het Cft uitgaat van invoering van de maatregelen per 1 januari 2013.

,,Bakker heeft aangegeven dat het Cft de maatregelen van harte ondersteunt, ook noodzakelijk acht. Maar er is wel gezegd dat op basis van eerdere ervaringen deze maatregelen vertraging op zouden kunnen lopen”, aldus secretaris Kees van Nieuwamerongen van het Cft gisteren.

In de begroting van 2012 is uitgegaan van 1 april als startdatum van de bezuinigingsmaatregelen.

Het gaat dan om:

– invoering van de basisverzekering,

– indexatie van de tarieven in de gezondheidszorg,

– verhoging van de pensioenleeftijd naar 65 jaar,

– verhoging van de AOV-premie en inning van concessies van overheids-nv’s.

Voor elke maand dat de maatregelen niet worden doorgevoerd, loopt het tekort met 7 à 8 miljoen gulden per maand op. Van Nieuwamerongen rekent voor dat indien de invoering van de basisverzekering pas in januari 2013 gerealiseerd wordt, dit tot een tegenvaller van 60 miljoen zal leiden, plus de misgelopen 25 miljoen die voor concessies aan ontvangsten is begroot. De regering van Curaçao maakt een andere inschatting.

Volgens Schotte en Jamaloodin zullen de maatregelen per september in werking treden. Daarmee is het tekort beperkt tot vier maanden, wat zo’n 30 miljoen gulden aan begrotingstekort inhoudt. Dit bedrag komt overeen met het verwachte begrotingstekort voor 2012 dat de minister en de premier half mei bekendmaakten.

Het Cft heeft er geen vertrouwen in dat september gehaald gaat worden en eist aanvullende maatregelen. Voor vrijdag 22 juni moet de regering een schriftelijke reactie aan het Cft gestuurd hebben waarin ze een nieuwe maatregelen presenteren om het tekort zo snel mogelijk aan te pakken. Schotte gaf gistermiddag aan dat er aan een reactie wordt gewerkt. Daarop heeft het Cft eveneens twee weken om te reageren op de nieuwe maatregelen. Tot slot mag de regering daar binnen een week nog op reageren. Vervolgens gaat er een brief van het Cft naar de Rijksministerraad, die eventueel met een advies voor aanwijzing gepaard kan gaan. Minister Jamaloodin wilde gistermiddag niet spreken van een crisis. Wel noemde hij de situatie ‘ernstig’. ,,We kunnen de salarissen uitbetalen en volgende maand wordt het vakantiegeld uitbetaald. Er is dus geen crisis, maar de situatie is wel ernstig.” Gisteren stuurde Jamaloodin de Staten een brief waarin hij een extra agendapunt voor de vergadering van vandaag indient. De vergadering, over de ob-vrijstelling van consulaire vertegenwoordigingen, moet volgens de minister van Financiën ook gaan over de uitvoering van de Begroting 2011 en de uitvoering van de Begroting 2012 in het eerste kwartaal.

Komunikado di Prensa

di Federashon Otrobanda, Plataforma Otrobanda

 i Sosiedat Komersiantenan Otrobanda

(voor Nederlands zie pagina 3 hieronder)

Otrobanda, 12 juni 2012

LOKASHON KRANSHI DEN SIMPEL SIFRA I PALABRA

Kranshi den Otrobanda wèl, pero ku komodidat pa públiko, i ménos gastu i distansha

Gobièrnu ke eliminá hürmentu di edifisio i ta preferá kumpra, pa tin su propio edifisio i skapa plaka. Ademas, gobièrnu ke pone servisionan huntu pa efisiensia i komodidat di pueblo. Organisashonnan di Otrobanda ta aploudí maneho ku ta baha gastu i trese komodidat.

Tambe organisashonnan di Otrobanda ta aploudí inisiativa di Gobièrnu pa kuminsá usa edifisionan pará bashí den sentro di siudat, pa evitá ku nan ta sigui dekaí i daña bista di nos herensha kultural ku ta riba lista internashonal di UNESCO..

Den kuadro di e lokashon, aspektonan manera akseso, kapasidat, gastu i tempu ta dominá den e reakshonnan. P’esei, organisashonnan di Otrobanda a buska sifras i hechonan pa kontribuí na e aspekto di lokashon di Kranshi., ku wetando e tantísimo notisianan i reakshonnan públiko a bira un interes di proporshon nashonal.

Pa outo di personal por tin un ocho lugá den kurá di Thomascollege na Smithplein. Lo mester buska otro kurá den área di Smithplein. Casa Blanca tin mas ku 35 espasio.

Na Thomascollege gobièrnu mester tene kuenta ku gastu di parker pa personal.

Outo lo akudí en grande tur dia di siman na e servisionan na Smithplein, ku 20 lugá dilanti di e edifisio. Den besindario tur espasio ta okupá durante dia. Dilanti di Casa Blanca tin kurá pa 57 outo, i den Kaya Grandi por para for di Colon te na Marshe. Gobièrnu tin ku indiká kon ta solushoná e problema pa públiko parker den Hoogstraat..

Aworó tin ku  parker den Breedestraat, pa kana mei kilometer subi seru bai Smithplein.

Sigur un 30% di bishita pa e ofisinanan na Smithplein lo bini ku transporte públiko. Den Kaya Grandi por yega Casa Blanca ku komodidat. Pa yega Smithplein mester kana entre un kuart i un mei kilometer seru ariba..

Mester bini sèn pa kambia e parti peligroso, smal i sin asera, den Belvederestraat.

Ekspertonan a splika Otrobanda ku pa pone Kranshi, ofisina di reibeweis, Bentana di Informashon, i Vergunningenloket huntu mester di algu mas ku kuater mil meter kuadrá. Thomascollege na Smithplein tin apénas 2000 m2 na edifisio, pues e so no ta yega. E oferta di hürkop di Monumentenzorg ku Casa Blanca i Stupi Haltu Bar huntu ta 2.400 m2.

Si ta asina, no ta mas lógiko tene Kranshi den Casa Blanca, manda ofisina di reibeweis pa Stupi Haltu Bar, i pasa Vergunningenloket i Bentana di Informashon ariba na Smithplein?

Na Smithplein, drecha edifisio bieu, kambia klas den ofisina, traha archivo spesial i klùis òf brandkast grandi pa warda dokumento personal i pasport, traha kantidat di bali, renobá ret di koriente, i hinka sistema di data, seguridat i kandela aden ta trabou di kasi un aña. Mantenshon di Casa Blanca ta tuma seis luna. Pa por traha sin molèster, un pa un departamentonan por bai un temporada den Stupi Haltu Bar, pa despues nan bolbe i otro departamento move un temporada. Tur servisio ta keda einan mes. Despues, ofisina di reibeweis ta drenta Stupi Haltu Bar.

Si esaki ta realisá e meta di gobièrnu pa ta den su propio edifisionan, kiko mas tin di disidí?

Pa drecha Smithplein ta bai sali entre mion i mei pa dos mion florin. Esaki lo bai den e preis di kompra? Mantenshon di Kranshi ta kosta ménos ku un mion. Despues di drechamentu, ainda ta bai hundi dos aña di kasi dos mion florin na hür na Smithplein, pa despues disidí riba hürkop. Ta riba esei dokumento di konseho di minister ta menshoná 125.000 florin pa luna? Asina mes por kuminsá bira doño te aki dos i mei pa tres aña numa. Na Casa Blanca gobièrnu por bira doño for di yüli próksimo, pagando un hürkop mas abou.

Ta hinka dos mion den hür, warda dos aña i mei pa kuminsá bira doño na hürkop, anto ku drechamentu mas ku dos biaha mas karu, òf ta kuminsá hürkop mesora algu ku ta kla kaba?

Federashon Otrobanda                  Plataforma Otrobanda       SKO

Sr. Gabi Da Costa Gomez               Sr. Jopi Hart                         Sr. Jack Baroud

513 7080                                           461 6282 of 695 3016         560 4747

[email protected]      [email protected]            [email protected]

Hieronder nederlandse versie begint op pagina 3

Gezamelijk

P E R S B E R I C H T

van Federashon Otrobanda, Plataforma Otrobanda

 en Sosiedat Komersiantenan Otrobanda (SKO)

Otrobanda, 12 juni 2012

LOCATIE KRANSHI IN CIJFERS EN FEITEN

Kranshi in Otrobanda graag, maar dan goed bereikbaar, en voor minder kosten.

De overheid wil het huren van gebouwen opheffen, en in plaats daarvan tot koop overgaan om deze in eigendom te verkrijgen, en aldus geld te besparen. Bovendien wil de overheid diensten samenvoegen omdat het doelmatiger en publieksvriendelijker is.

De Otrobanda-organisaties juichen een beleid toe dat tot kostenverlaging en groter gemak voor het volk leidt. Voorts juichen zij het initiatief van de overheid toe om leegstaande gebouwen in de binnenstad in gebruik te nemen om verder verval te voorkomen van ons op de werelderfgoedlijst van UNESCO geplaatste cultureel erfgoed.

Met betrekking tot de lokatie blijken de de bereikbaarheid van de plek, de geschiktheid van de gebouwen, de kosten en het tijdbestek  de gemoederen bezig te houden. Daarom zijn de organisaties op zoek gegaan naar cijfers en feiten teneinde een bijdrage te kunnen leveren aan de gedachtevorming over de locatie van Kranshi, dat getuige de vele berichten en reacties tot nationale proporties is uitgegroeid.

Voor het parkeren van wagens van het personeel zijn op het terrein van het Thomascollege aan het Smithplein nauwelijks acht parkeerplaatsen te realiseren. Dit betekent dat in de buurt gezocht moet worden naar een andere open plek, met alle kosten van dien. Casa Blanca, het huidige onderkomen van Kranshi, heeft ruim 35 parkeerplaatsen op eigen terrein.

Bij het Thomascollege zal de overheid rekening moeten houden met extra parkeerkosten.

Net als nu in de omgeving van Casa Blanca, zal er een grote vraag zijn naar parkeer-mogelijkheden bij het Smithplein, waar op werkdagen hooguit  20 open parkeerplaatsen te vinden zijn in de omgeving. De rest is doorlopend bezet door andere gebruikers.

Tegenover Casa Blanca zijn 57 parkeerplaatsen beschikbaar, terwijl in de Breedestraat vanaf Colon tot aan het marktgebouw parkeerplaatsen te vinden zijn. De overheid heeft niet aangegeven hoe het parkeerprobleem voor het publiek wordt opgelost bij het Smithpplein.

Of wordt het parkeren in de Breedestraat en een halve kilometer helling op lopen naar het Smithplein.

Minstens 30% van de bezoekers van de op het Smithplein samen te brengen diensten zal gebruik maken van het openbaar vervoer. Casa Blanca aan de Breedestraat is met gemak te bereiken vanaf meerdere bushaltes in de buurt. Straks moet de voetganger een kwart tot een halve kilometer bergopwaarts om bij het Smithplein te komen.

Het aanpassen van het gevaarlijke stuk Belvederestraat, smal en zonder trottoir, kost veel geld.

Van deskundingen krijgt Otrobanda te horen dat voor samenvoeging van het rijbewijskantoor, de afdelingen informatie- en vergunningenloketten, en Kranshi, een gebouw van meer dan 4000 m2 nodig is. Het Thomascollege op het Smithplein biedt met nauwelijks 2000 m2 absoluut niet voldoende ruimte. De huurkoopaanbieding van Monumentenzorg houdt Casa Blanca en het naastgelegen Stupi Haltu Bar in, samen goed voor 2.400 m2.

Is het niet logischer om Kranshi in Casa Blanca te houden, het rijbewijzenkantoor onder te brengen in de  Stupi Haltu Bar, en de vergunningen en – informatieloketten op het Smithplein?

Op het Smithplein moeten de oude gebouw gerenoveerd worden, klaslokalen verbouwd tot kantoren, met beveiligde archiefruimten en kluizen of brandkasten voor persoonlijke documenten en paspoorten. Een groot aantal nieuwe loketbalies moet worden gemaakt, het elektriciteitssysteem vervangen, en data-, beveiligings- en brandmeldnetwerken aangelegd. Het gaat het om minsten een jaar bouwen.

Het achterstallig onderhoudswerk bij Casa Blanca duurt zes maanden. Om de werkzaamheden zonder hinder voor personeel of publiek te laten doorgaan kunnen de afdelingen van Kranshi een voor een een paar weken in het op hetzelfde terrein gelegen Stupi Haltu Bar worden ondergebracht, om daarna terug te verhuizen. Met andere woorden, alle diensten blijven draaien op hetzelfde adres. Daarna kan het rijbewijzenkantoor zijn intrek nemen in Stupi Haltu Bar.

Als dit de wens van de overheid om in eigen gebouwen diensten samen te voegen waar maakt, waar wacht men op om te beslissen?

De renovatie van het Thomascollege kosten tussen één en anderhalf miljoen gulden. Het groot onderhoud van Kranshi kost nog geen miljoen. Na de renovatie gaat men het Thomascollege eerst twee jaar lang huren tegen totaal bijna 2 miljoen gulden, om daarna pas te beslissen over al of niet huurkoop van het gebouw. Slaat hier wellicht de NAf 125.000 per maand op die genoemd wordt in een document van de Raad van Ministers? Dan nog kan men op zijn vroegst over meer dan twee jaar eigenaar worden in huurkoop. Bij Casa Blanca kan de huurkoopaanbieding al in juli aanstaande ingaan, en tegen een lager huurkoopbedrag.

Gaan we eerst twee miljoen verspelen aan huur, en twee jaar of meer wachten om eigenaar onder huurkoop te worden, of beginnen we bij Casa Blanca met eigenaar worden?

Voor meer informatie:

Federashon Otrobanda                  Plataforma Otrobanda       SKO

Sr. Gabi Da Costa Gomez               Sr. Jopi Hart                         Sr. Jack Baroud

513 7080                                           461 6282 of 695 3016         560 4747

[email protected]      [email protected]            [email protected]

WILLEMSTAD – Een groot aantal werknemers van de Kustwacht die aangesloten is bij de vakbond Abvo staken sinds maandag.

Volgens Asmara Thodé van de vakbond zijn de werknemers ontevreden over de manier waarop de Kustwacht omgaat met arbeidscontracten. Standaard worden vijfjaarscontracten aangeboden met optie op verlenging.

“Veel jongens zijn al acht of negen jaar in dienst, maar hun werk wordt nog steeds op contractbasis uitgevoerd”, aldus Thodé. “Pas als aan deze onzekerheid een einde wordt gemaakt gaan de werknemers van de Kustwacht weer aan het werk.”

Vanmiddag persconferentie premier en minister

WILLEMSTAD — PS-leider Helmin Wiels heeft wederom kritiek op het beleid van coalitiegenoot en Financiën- minister George ‘Jorge’ Jamaloodin (MFK). Volgens Wiels heeft Jamaloodin geen notie van de financiële problemen waarmee het eiland op dit moment kampt en dient hij actie te ondernemen om deze problemen op te lossen.

Tijdens zijn partijbijeenkomst van afgelopen zaterdag haalde Wiels fel uit naar de Financiën-minister, die er volgens hem niets van bakt. Voor Jamaloodin was dit aanleiding om op zijn beurt gisteravond felle kritiek te uiten op de PSleider. De minister stelt onder meer dat als Wiels het beter weet, hij zelf minister moet worden. Ook insinueert hij dingen over verschillende PS-leden.

Niet bekvechten

In een reactie stelt Wiels weer de respons van de Jamaloodin te betreuren. “Hij heeft geen argumenten en gaat je persoonlijk aanvallen. Ik wil alleen maar zeggen dat ik het veld zal opkomen om minister te worden, als hij eerst opstapt als minister. Ik heb geen zin om met hem te bekvechten.”

Clown

Het is niet voor het eerst dat Wiels kritiek heeft op Jamaloodin.

“Als er sprake is van een crisis op financieel gebied, dan dient de minister van Financiën naar buiten te treden. Als er in Nederland iets aan de hand is, dan hoor je Jan Kees de Jager (Financiën, CDA), maar hier hoor je niets. De indruk die hier bestaat is dat onze Financiën-minister een clown is. Hij moet naar buiten treden en het volk uitleggen wat er aan de hand is en wat de regering gaat doen.”

De PS-leider stelt met zijn openlijke kritiek de oppositiepartijen de wind uit de zeilen te nemen.

“Het is een simpele zaak. Als een auto bij een verkeersongeluk betrokken is, dan gaat de politie niet de passagier die in de auto zat aanspreken. Nee, zij spreken de chauffeur aan. Dit heb ik ook in deze zaak gedaan. Ik heb de chauffeur aangesproken over wat er aan de hand is op financieel gebied. De chauffeur is in dit geval premier Gerrit Schotte (MFK). Ik wil alleen maar dat zij uitleggen wat er aan de hand is en dat zij actie ondernemen”, aldus Wiels.

 Persconferentie

Hij ziet in het feit dat premier Schotte en minister Jamaloodin vanmiddag een persconferentie geven, het bewijs dat zijn actie succes heeft gehad. Deze persconferentie, die om twee uur plaatsvindt, is vandaag belegd. De premier zal spreken over de vergadering van het Cft met de ministerraad en het onderwerp van de minister is ‘de financiële situatie van het land Curaçao’.

DEN HAAG — Het voortijdig opheffen van financieel toezicht dat bij Rijkswet is vastgelegd zou tot aanzienlijke risico’s leiden voor Curaçao en St. Maarten. Dat antwoordt minister Liesbeth Spies op vragen van de Tweede Kamer over het jaarverslag van het ministerie van Koninkrijksrelaties voor 2011.

In het verslag schrijft Spies onder meer dat het College financieel toezicht (Cft) hard heeft gewerkt aan de samenwerking met de overheden van beide landen.

“Het jaar 2011 laat zien dat de landen sterker dan voorheen aan de slag moeten met de adviezen van het Cft, zodat het toezicht op basis van de Rijkswet op termijn overbodig wordt”, aldus de minister in de toelichting.

Leden van de Tweede Kamercommissie Koninkrijksrelaties vroegen hierover uitleg. Ze wilden onder meer weten wat de minister bedoelde met deze opmerking.

“Vindt u dit vooruitzicht op dit moment realistisch en aan welke voorwaarden zouden de landen moeten voldoen? Welk financieel risico zou Nederland lopen wanneer het toezicht wordt opgeheven?”, aldus de commissie in een gezamenlijke brief aan de minister.

De minister legt vervolgens uit dat de Rijkswet financieel toezicht vijf jaar na de inwerkingtreding wordt geëvalueerd en dat de Rijksministerraad dan per land besluit of het toezicht beëindigd kan worden of met drie jaar wordt verlengd.

Voorwaarde voor het beëindigen van het toezicht is dat een land drie achtereenvolgende jaren een sluitende begroting heeft.

“Op een oordeel en advies van die (evaluatie) commissie wordt uiteraard niet vooruitgelopen. De Rijkswet financieel toezicht is enerzijds gericht op een groeiproces bij de landen in de financiële huishouding (…) en voorkoming van risico’s voor Koninkrijkspartners onderling anderzijds. Een te vroege opheffing van het toezicht verhoogt die risico’s aanzienlijk”, aldus Spies.

Gunstige leningen

In de Rijkswet financieel toezicht is overigens ook geregeld dat Curaçao en St. Maarten tegen een gunstig tarief obligatieleningen kunnen uitschrijven en dat Nederland zich verplicht inschrijft, schrijft Spies.

Meteen na de ontmanteling, op 15 oktober 2010, heeft Curaçao een vijftal obligatieleningen uitgeschreven voor een totaalbedrag van 1,65 miljard gulden, waarop Nederland zich heeft ingeschreven. St. Maarten heeft op 21 oktober 2010 en 12 oktober vorig jaar via dezelfde constructie 328 miljoen gulden van Nederland geleend.

De obligatieleningen hebben looptijden van vijf tot dertig jaar en zijn dus ook nog niet afgelost of in een lening met een nieuwe looptijd omgezet. De minister schrijft verder dat er veel overleg plaatsvindt tussen de regeringen van Curaçao en St. Maarten en het Cft en dat ze van St. Maarten geen formeel verzoek heeft ontvangen om het financieel toezicht te beëindigen, maar dat de Curaçaose regering op zijn minst de mogelijkheid tot beëindiging geregeld wil zien.

“Curaçao heeft in aanloop op de Koninkrijksconferentie 2011 het standpunt ingenomen dat een land binnen het Koninkrijk het recht zou moeten hebben onder andere de Rijkswet financieel toezicht op te zeggen.”

De overige antwoorden van Spies hebben vooral betrekking op de samenwerking binnen het Koninkrijk. Ze herhaalt dat de subsidie aan de Antilliaanse Medefinancieringsorganisatie (Amfo) dit jaar ten einde loopt en zowel Curaçao als St. Maarten geen definitief besluit heeft genomen over de overname van de subsidiëring.

De Tweede Kamer vroeg in navolging van de Algemene Rekenkamer ook naar de doelmatigheid van de samenwerkingsprogramma’s.

Spies antwoordt hierop dat de doelmatigheid van Amfo na afloop van de projecten geanalyseerd zal worden en dat de FDA deze week een onderzoek is begonnen naar de effectiviteit van subsidies.

Met betrekking tot de Sona verwijst ze naar haar werkbezoek.

“In de nieuwe beheersovereenkomst met Sona is veel aandacht besteed aan onder andere de wijze waarop in de rapportages de voortgang en het bereiken van de doelstellingen van de afzonderlijke programma’s op hoofdlijnen voortaan moet worden beschreven en in financiële overzichten gepresenteerd.”

WILLEMSTAD — Bewoners van een woning aan de Papayaweg werden vanmorgen vroeg onaangenaam in hun slaap verrast door drie overvallers die gemaskerd en gewapend waren. Onder bedreiging van een vuurwapen en een mes eisten de overvallers geld. Op het moment dat de 60-jarige bewoner weigerde dit af te geven, werd hij mishandeld met de kolf van het pistool. Hij liep hierbij twee kapwonden aan het hoofd op. De overvallers namen een geldbedrag mee en een zwarte auto. Niet lang daarna werd deze auto verlaten teruggevonden in de La Fama-wijk. De wagen is in beslag genomen voor verder onderzoek.

Het Atrako Team onderzoekt de zaak.

Wie informatie kan verschaffen over deze zaak kan contact opnemen met telefoonnummer 866-6192, 866-6140 of 911 of 108.

 Staten geven Curoil een laatste kans

WILLEMSTAD — Statenvoorzitter Ivar Asjes (PS) heeft vanmiddag MFK-fractievoorzitter Dean Rozier uit de vergaderzaal verwijderd. Dit gebeurde nadat Rozier de Statenvoorzitter een ‘idioot’ en een ‘grote clown’ had genoemd en had gesteld dat Asjes de hele dag ‘onzin’ had zitten verkondigen. De confrontatie tussen de Statenvoorzitter en Rozier kwam aan het eind van een Centrale Commissievergadering met de Curoil-directie, die niet was komen opdagen.

De verwijdering van Rozier volgde nadat Asjes had geweigerd om hem het woord te geven, nadat MAN-lid Eunice Eisden een persoonlijk feit had gehad. Rozier meende dat ook hij het woord mocht krijgen. Toen Asjes hierop niet inging, haalde Rozier fel uit naar de Statenvoorzitter. Asjes was niet bereid om de verwensingen aan zijn adres te accepteren en vroeg hem de vergaderzaal te verlaten onder het dreigement dat hij hem anders zou laten verwijderen. Toen fractiegenoot Amerigo Thodé (MFK) het woord wilde voeren over de gang van zaken rondom de verwijdering van zijn fractievoorzitter Rozier, werd ook hem het woord ontzegd door Asjes.

De Statenvoorzitter wilde een voorstel ter stemming brengen over het wegblijven van de Curoildirectie. Pas na de stemming kon Thodé op het incident met Rozier ingaan. Maar hij bedankte hiervoor en verliet de vergaderzaal.

MFK en PS

De vergadering van vanochtend stond bol van confrontaties tussen vertegenwoordigers van de MFK en de PS. Centraal in de confrontaties is het principiële meningsverschil tussen de MFK en de PS, over de vraag wie vertegenwoordigers van de overheidsinstanties naar de Staten kan roepen. De MFK is van mening dat een dergelijke uitnodiging via de verantwoordelijke minister moet gebeuren, terwijl de PS vindt dat de Staten instanties moeten kunnen uitnodigen. Deze discussie speelt al langer en diverse overheidsinstanties hebben al verstek laten gaan, omdat zij van mening zijn dat de uitnodiging via de minister moet lopen, omdat zij verantwoording schuldig zijn aan de regering en niet aan het parlement. Vanochtend was het de beurt aan Curoil, die niet kwam opdagen. De verschillende Statenfracties waren niet te spreken over het wegblijven van Curoil. De Staten namen hierom een voorstel van orde van Statenvoorzitter Asjes aan, waarin Curoildirecteur Yamil Lasten nog eenmaal de kans krijgt om op een uitnodiging van het parlement in te gaan. Gaat Lasten niet in op de nieuwe uitnodiging, dan zullen de Staten de Algemene Rekenkamer Curaçao (ARC) opdragen een onderzoek bij Curoil te beginnen over de financiële situatie van het bedrijf (volgens Asjes dateert het laatste jaarverslag van Curoil uit 2007), de aanpassing van de brandstofprijzen en de schaarste van gasflessen. Het voorstel werd door een Statenmeerderheid aangenomen. De MAN-fractie had eerder op de dag aangedrongen om het voorstel van Asjes te parkeren en de verantwoordelijke minister naar de Staten te roepen. Maar volgens Asjes heeft de minister alle tijd om voor de eerstvolgende vergaderweek van de Staten te reageren. Aan het eind van de vergadering vroeg een geschokte Humphrey Davelaar (PNP) zich af of Curaçao nog een regering had. Hij had het over principiële verschillen tussen de coalitiepartners en over een zwarte dag voor het parlement. Asjes was het hier niet mee eens en vond het een historische dag, waarop de Staten duidelijk hadden laten merken dat zij geen ‘rubber stamp’ zijn.

Cft: Curaçao moet tekort in 2012 wegwerken

Het College financieel toezicht (Cft) heeft in het kader van zijn toezichthoudende taak afgelopen week een bezoek gebracht aan Curaçao.

Het College heeft gesproken met:

de gouverneur,

de ministerpresident,

de minister van Financiën,

de Raad van Ministers

en de commissie Financiën van de Staten.

Hieronder volgt integraal een persbericht van het Cft over de toestand van de publieke financiën van het Land Curaçao.

Tijdens het bezoek aan Curaçao heeft het College zijn bezorgdheid geuit over de overheidsfinanciën van het land: de situatie is ernstig. De overheidsfinanciën vertonen over 2012 een tekort omdat de structurele hervormingen vertraagd zijn.

Het tekort over 2011 moet gecompenseerd worden. De BRK-middelen (Belastingregeling voor het Koninkrijk) zijn daartoe ontoereikend. Zonder nader beleid zal verder worden ingeteerd op het vermogen en de reserves van Curaçao. Dat moet voorkomen worden.

In 2012 zullen daarom omvangrijke ombuigingen plaats moeten vinden.

Maatregelen vertraagd.

De begroting 2012 is in januari door het College onder strikte voorwaarden goedgekeurd. Deze voorwaarden hadden betrekking op het uitvoeren van een ambitieus pakket aan maatregelen binnen een strak tijdschema.

De maatregelen betroffen:

de invoering van de basisverzekering en indexatie van de tarieven in de gezondheidszorg,

verhoging van de pensioengerechtigde leeftijd naar 65 jaar

en verhoging van de AOV-premie

en inning van concessies van overheids nv’s.

Daarnaast zou staand beleid gericht op het terugdringen van het aantal ambtenaren via natuurlijk verloop worden uitgevoerd. Het College constateert dat er aanzienlijke vertraging is opgetreden die tot tekorten in 2012 leiden. Uitstel van invoering van de basisverzekering leidt tot een tegenvaller van 60 miljoen, en voor concessies is 25 miljoen aan ontvangsten begroot.

Alles op alles moet worden gezet om deze voorgenomen maatregelen nu met grote snelheid in te voeren omdat anders een onhoudbare situatie ontstaat. Het College is echter van mening dat besparingen uit hoofde van deze maatregelen pas in de begroting opgenomen kunnen worden, als zij ook daadwerkelijk gerealiseerd zijn.

Het College constateert dat onvoldoende voorzieningen getroffen zijn om de begroting sluitend te houden. Voor een dergelijke situatie is in de Rijkswet artikel 17 in het leven geroepen, die aangeeft dat dit een grond is om een aanvullend advies te geven aan het bestuur.

Het College heeft de afgelopen week met het bestuur gesproken over een dergelijk aanvullend advies en naar aanleiding van deze besprekingen gisteren dit advies verstuurd. Het bestuur van Curaçao heeft nu twee weken om schriftelijk zijn reactie te geven. Mocht het College vervolgens van oordeel zijn dat onvoldoende aan de normen van de Rijkswet wordt voldaan, dan kan het College de Rijksministerraad adviseren een aanwijzing te geven.

De regering is daarnaast voornemens om de begroting te belasten met extra langjarige verplichtingen. Deze hebben vooral betrekking op de bouw van een nieuw ziekenhuis. In december heeft het Cft al aangegeven dat dergelijke verplichtingen pas aangegaan kunnen worden als de structurele problemen eerst opgelost zijn. Dat betekent onder andere aanpassing van het stelsel van de gezondheidszorg en indexering van de tarieven. Zonder dergelijke maatregelen dreigt het nieuwe ziekenhuis verlieslijdend te worden en ontstaan nieuwe verplichtingen op de begroting zonder dat daar ruimte voor is.

Ten aanzien van de zorgwekkende vermogenspositie van een aantal overheidsnv’s heeft het College afgesproken dat het bestuur een plan van aanpak opstelt om deze positie weer gezond te maken.

Advies van het College.

Het advies van het College houdt in dat de tekorten gecompenseerd dienen te worden en dat opbrengsten van maatregelen pas in de begroting verwerkt mogen worden als zij zich ook daadwerkelijk voordoen.

Dit houdt in dat de regering moet ombuigen.

Daarnaast adviseert het College de regie op het doorvoeren van de structurele maatregelen en de invoering ervan te verscherpen en nieuwe leningen pas aan te gaan als de begroting in evenwicht is.

Ten slotte dringt het College aan op versterking van het financieel beheer opdat relevante uitvoeringsinformatie tijdig ter beschikking komt, op een moment dat nog kan worden bijgestuurd.

Achtergronden tekorten

Het jaar 2010 is volgens de jaarrekeningen afgesloten met een tekort van ongeveer 100 miljoen, waarvan ruim de helft na 10 oktober 2010. In 2011 bedroeg het tekort ongeveer 160 miljoen.

Dat tekortcijfers pas na afloop van het jaar bekend worden en bovendien zo omvangrijk zijn, geeft aan dat het beheer van de overheidsfinanciën niet op orde is. Gedurende het jaar moet bijgestuurd kunnen worden als er een tekort dreigt. Als pas na afloop van het jaar blijkt wat er gebeurd is, dan zijn deze bijsturingsmogelijkheden niet toereikend en bestaat er blijkbaar te weinig zicht op de financiële situatie.

De tekorten 2010 en 2011 kunnen ten dele gefinancierd worden door de incidentele 217 miljoen uit de Belastingregeling voor het Koninkrijk (BRK) die eind 2010 is ontvangen door het toenmalige Eilandgebied. Het College heeft er bij uitzondering mee ingestemd dat deze meevaller voor de tekorten wordt aangewend, maar geeft tegelijkertijd aan dat de problemen hiermee niet opgelost zijn.

Willemstad – De Stichting Tegen Kindermishandeling, onder leiding van Coraline Perret-Gentil, doet een oproep om oude schooluniformen en schoolspullen niet weg te gooien, maar te bewaren voor die kinderen die geen geld hebben dit alles nieuw aan te schaffen.

,,Er komen bij de stichting vele verzoeken binnen van cliënten dat zij financieel niet uitkomen en voor het komende schooljaar niet in staat zijn de nodige aanschaffingen te doen”, aldus Perret-Gentil in een persbericht.

Zij vervolgt: ,,In plaats van allerhande instanties af te lopen, heeft de stichting dit jaar het idee opgevat om uniformen en andere spullen die nog in goede staat zijn in te zamelen en te geven aan de minder bedeelden.”

Van de scholen waar uniformen van ontvangen worden, krijgt de stichting namen door van leerlingen die deze goed kunnen gebruiken. Voor de campagne heeft de stichting ook een poster gemaakt.

De vorige keren heb ik een aantal aandachtspunten genoemd. We hebben kunnen constateren dat de minister van Justitie wel degelijk de bevoegdheid heeft om aanwijzingen aan het Openbaar Ministerie (via de procureur-generaal) te geven. Die aanwijzingen kunnen van algemene aard zijn, maar ook een individueel geval betreffen.

Die bevoegdheid is hem via de Rijkswet Openbaar Ministerie gegeven. Even het verschil tussen die twee aanwijzingen. Het kunnen of mogen geven van een aanwijzing van algemene aard is verbonden met die ene status die het OM heeft. Namelijk het zijn van een min of meer zelfstandige ambtelijke dienst die als ambtelijke dienst hiërarchisch onder de minister valt.

De minister heeft naast vele andere taken ook de taak om een beleid te voeren, waarbij zowel de staat als ook de burger beschermd wordt tegen criminele activiteiten. Het voeren van een beleid van criminaliteitsbestrijding omvat vele onderwerpen. Zo kan de minister een beleid voeren met betrekking tot bijvoorbeeld het verkeer. Om het terugdringen van het aantal ernstige verkeersovertredingen te bewerkstelligen kan de minister een aanwijzing geven over het aantal door hem gewenste verkeerscontroles, de frequentie van die controles en zelfs de hoogte van de sancties (vrijheidsbeneming of boetes). Dat is dan een aanwijzing van algemene aard. Een aanwijzing echter om een verdachte verkeersovertreder, bijvoorbeeld een doorrijdende automobilist na het veroorzaken van een ongeval, níet te vervolgen (dus om zich níet voor de rechter te laten verantwoorden voor zijn gedrag) is een concrete, of individuele aanwijzing.

De minister heeft, evenals zijn collega’s, een beleid te voeren dat het algemeen belang behartigt.

Een minister behoort bijvoorbeeld niet een beleid te voeren dat slechts één burger of een groepje burgers bevoordeelt. Een minister behoort geen beleid te voeren dat strijdig is met het belang van de staat. Wanneer hij dat toch doet, dan is hij strafwaardig bezig wanneer hij duidelijk regels overtreedt waarop een sanctie staat. Of hij is niet integer bezig wanneer hij normen en waarden overtreedt die niet in een strafbepaling zijn opgenomen, waarop dus ook geen sanctie staat. Het niet integer bezig zijn van een minister kan terecht worden aangemerkt als een handelen dat ten minste ruikt naar corruptie. Dat handelen is dan ook het negeren van de bijzondere verantwoordelijkheid die een minister van Justitie heeft en met name binnen het kader van zijn verantwoordelijkheid voor een effectieve criminaliteitsbestrijding. Een niet integere minister heeft bovendien een negatieve uitstraling naar zijn eigen ambtenaren, naar de andere diensten, naar de burgers in zijn eigen samenleving en ten slotte ook een negatieve uitstraling naar het buitenland. De negatieve uitstraling kan ook een voedingsbodem zijn voor anderen die het niet zo nauw nemen met integriteit. Zonder het wellicht echt te willen, veroorzaakt dit handelen van de minister wel een neerwaartse spiraal van het negeren van waarden en normen in onze samenleving.

Naast deze observatie hebben we reeds eerder gezien dat het Openbaar Ministerie ook behoort tot de rechterlijke macht. Sinds de Franse Revolutie en in elk geval sinds Montesquieu kennen we de scheiding der machten.

De rechterlijke macht mag beïnvloed noch aangestuurd worden door een functionaris die behoort tot een van de twee andere machten, de bestuurlijke macht (de regering) en de uitvoerende macht (de Staten).

Van de drie machten behoort in elk geval de rechterlijke macht zelfstandig en neutraal (in de zin van apolitiek) te zijn.

De reden hiervoor is simpel.

Het ontstaan van de leer van de trias politica was juist ingegeven vanwege de grote behoefte om de burger te beschermen tegen de uitbuiting en de onderdrukking van de Koning.

De rechterlijke macht moest dan een toevluchtsoord zijn voor die burger. Daar staat dan een inmenging van bijvoorbeeld een minister op gespannen voet mee. Want waar wordt dan de grens getrokken bij aanwijzingen in individuele gevallen? Zou een aanwijzing in een concrete strafzaak om een individu niet niet (meer) te vervolgen, minder erg zijn dan een individuele aanwijzing om iemand wel te vervolgen? Is het eerste minder erg omdat je iemand (een burger) helpt? En is het tweede erger omdat je iemand (een burger) daarmee onderdrukt?

Wie gaat dat eigenlijk bepalen?

Natuurlijk kunnen grenzen getrokken worden in de wetgeving zelf. Jazeker, er kunnen allerlei drempels en filters in de wetgeving bedacht worden om misbruik tegen te gaan, maar waarom zo moeilijk doen als het naar mijn mening principieel niet wenselijk is. Een minister dient zich niet in te laten met individuele strafzaken. Ik zou er heel ver vanaf blijven. Ik zou die bevoegdheid niet eens willen hebben.

Want hoe nu wanneer achteraf via voortgaand onderzoek door andere landen, die zich niets hoeven aan te trekken van zo’n individuele aanwijzing, veel en veel meer boven water komt?

Hoe nu wanneer drie maanden later in een soortgelijk strafrechterlijk onderzoek iemand verwacht dat diezelfde minister opdracht geeft tot het opheffen van een strafrechterlijk beslag?

Hoe nu wanneer hij verwacht dat die minister diezelfde aanwijzing om niet te vervolgen geeft?

Zou dan alleen je relatie tot de minister of tot een collega van hem als criterium moeten gelden?

Nee toch?!

De minister moet weten dat hij en zijn collegae zich schuldig maken aan een ambtsmisdrijf wanneer zij handelen tegen hetgeen in de eedsformule staat omschreven. Een eeds- of belofteformule die zij bekrachtigd hebben in aanwezigheid van de gouverneur en andere getuigen met de woorden ‘Zo waarlijk helpe mij God Almachtig’ of met de woorden ‘Dat beloof ik’. Die bekrachtiging is in een procesverbaal neergelegd. Ik raad hem en zijn collegae aan om die formule nog eens goed door te lezen, want als het zover is dat er verantwoording afgelegd moet worden – niet aan de hen welgevallige Staten, maar aan het volk – dan zal er ongetwijfeld een aangifte komen van een grote groep burgers van deze democratische rechtstaat die zich als benadeelden zullen roeren. Ik zal er een van zijn.

Willemstad – ,,Zowel voor het keuren van auto’s als het wijzigen van de naam van de eigenaar bij verkoop is het een straf voor burgers om bij het Keuringslokaal langs te gaan, en er gaat veel waardevolle tijd verloren door het inefficiënte systeem”, dat is de conclusie van parlementslid Zita Jesus-Leito (PAR) in een brief aan minister van Verkeer, Vervoer en Ruimtelijke planning Charles Cooper (MAN) naar aanleiding van klachten van burgers.

Volgens haar wijst alles erop dat er sprake is van een gebrek aan organisatie en efficiënte administratie om een optimale service te garanderen aan de burger. Ze noemt verschillende voorbeelden in de brief.

,,Bij het betalen, na een afspraak te hebben gemaakt via 0800-1515, moet men langs de administratie gaan om documenten op te halen waarmee bij de kassa betaald moet worden waarna je weer achter in een lange rij moet staan. Wie geen afspraak heeft gemaakt moet zitten wachten op een afspraak om te kunnen keuren. Zodra de keuringsambtenaar klaar is met keuren moet hij zijn werk in de steek laten om de eindkaart te maken. Je kunt niet met een bankpasje betalen bij de kassa. Nieuwe auto’s worden tegelijk met andere auto’s gekeurd en ook grote voertuigen als trucks worden op hetzelfde moment gekeurd waardoor chaos ontstaat met lange wachttijden”, zo somt ze op.

Er moet dan ook een snelle verandering komen bij de dienst om betere service te garanderen. Ze wil van Cooper weten of hij op de hoogte is van de situatie waarbij burgers veel tijd verliezen, of er een structureel plan is om de administratie te veranderen en of het parlement daar een kopie van kan krijgen. Daarnaast wil ze ook weten of er intenties zijn om de mogelijkheid tot het betalen met een bankpasje te introduceren.

Willemstad – Het is ondertussen het woord van advocatenkantoor Spigthoff tegen het woord van accountant Terry Hernandez in de zaak van de ex-rector magnificus (RM) Miguel Goede van de Universiteit van de Nederlandse Antillen (UNA).

Spigthoff komt met een proces- verbaal van de verklaringen van Hernandez in de rechtszaal waar hij gezegd zou hebben: ,,Ik heb ex-RM Jeanne de Bruijn niet gevraagd of er overeenstemming was tussen de UNA en Goede Consultants over de betaling van het bedrag op de factuur.”

Maar, zo stelt Hernandez, de UNA-advocaat heeft gewezen op opnames van het gesprek tussen hem en De Bruijn, die als onderdeel van het audit-rapport dienen. Volgens Hernandez heeft de rechter niet de moeite willen nemen naar deze opnames te luisteren.

,,Vanwege deze opnames kan ik dus nooit gesteld hebben dat ik De Bruijn niet heb gevraagd naar de kwestie rond de Overeenkomst van Opdracht (OvO)”, aldus Hernandez.

In zijn reactie bij het Antilliaans Dagblad stuurt Hernandez (H) enkele geluidsfragmenten van het gesprek met De Bruijn (DB) mee.

Hier de uitwerking van het gesprek:

H: ,,Is het gebruikelijk dat de opdrachtnemer de OvO eerst tekent?”

DB: ,,Nee, gebruikelijk is dat het allemaal via de rector ging.”

H: ,,Goede heeft verteld dat de UNA de OvO heeft opgesteld en naar hem heeft gestuurd om te ondertekenen. Dat hij heeft ondertekend en de OvO heeft teruggestuurd naar de UNA.”

DB: ,,Ik kan niet zeggen of ik er op dat moment was. Het is wellicht voorbereid door de HRM of zo. Zou kunnen, maar het is niet zoals de gebruikelijke gang van zaken.” ,,Er is een gesprek gevoerd of er niet een deel privé zou kunnen. De gedachten gingen ernaar uit dat we wel enigszins tegemoet wilden komen. Er is geen beleid daarover op de UNA. In Nederland is het op HBO’s gebruikelijk dat je één dag, een zesde dag, privé mag bijverdienen. Maar, je hebt een baan op de UNA en je wordt geacht 40 uur te werken bij de UNA. We hebben het erover gehad dat een zesde dag wel privé zou mogen. Het is een gesprek geweest, we hebben het erover gehad, zal ik maar zeggen. Aan de uitvoering daarvan zijn we nooit toegekomen, althans niet dat ik mij kan herinneren. Het was rond mijn aftreden.”

H: ,,Dat bedrag in de OvO komt dat u bekend voor?”

DB: ,,Nou zover zijn we eigenlijk niet gekomen.”

Willemstad – Het College financieel toezicht (Cft) zoekt volgens minister George Jamaloodin van Financiën spijkers op laag water en fabriceert fabeltjes die vervolgens onder de media worden verspreid. Dat liet de eerste financiële man van de regering gisteren in een uitzending van TeleNotisia weten.

,,We zijn al bezig met maatregelen. Het effect ervan zal zich nog aandienen. Wat het Cft naar buiten brengt zijn fabeltjes.”

Zo liet de minister van Financiën aan de verslaggeefster van het journaal weten.