De Colombiaanse regering heeft de wapenstilstand met de guerrillabeweging FARC tot 31 oktober verlengd. Dat heeft president Juan Manuel Santos dinsdagavond bekendgemaakt.
Hij sprak daarbij de hoop uit dat het vredesakkoord dat vorige week gesloten werd ondanks afwijzing door een krappe meerderheid van het Colombiaanse volk alsnog gered kan worden.
Gevaarlijke zone
Woensdag heeft Santos een gesprek met zijn voorgangers Alvaro Uribe en Andres Pastrana, de meest prominente vertegenwoordigers van het ‘nee’-kamp. Hij riep op tot een constructieve houding omdat het land zich nu in een gevaarlijke zone bevindt.
Terug naar posities
Intussen keren FARC-rebellen naar hun posities in de jungle en de bergen terug. Defensieminister Luis Carlos Villegas bevestigde dat en sprak er voor radio Caracol zijn bezorgdheid over uit.
De FARC heeft daartoe besloten uit voorzorg om zichzelf te kunnen beschermen. De rond 5.700 gewapende rebellen hadden zich volgens het akkoord naar bepaalde zones begeven waar zij hun wapens zouden inleveren. Nu het akkoord bij referendum is verworpen, keren zij naar hun posten terug.
Onderhandelingen voortgezet
Hoewel het akkoord zondag met een nipte meerderheid is verworpen, kondigde president Santos nieuwe onderhandelingen aan. Ook de FARC heeft laten weten af te willen zien van hernieuwd wapengeweld.
Amnestieregeling te ruim
Een groot deel van de Colombianen vindt dat de amnestieregeling voor ex-FARC-leden te ruim is. De guerrillabeweging zaaide vijftig jaar lang dood en verderf en maakte een lucratieve handel van het ontvoeren van burgers in ruil voor losgeld. (KN/KNA)
Bron: KatholiekNieuwblad