Column door René Zwart
Bonaire, Sint Eustatius en Saba hebben zich sinds zij in 2010 bijzondere gemeenten van Nederland zijn in rap tempo ontwikkeld tot een goudmijn. Niet voor iedereen natuurlijk.
Zo is de bevolking er onder de hoede van de kabinetten Rutte I en II in welvaartsniveau – dat toch al niet overdreven hoog lag – op achteruit gegaan.
Wie op de AOV is aangewezen komt er de maand niet mee rond. Zelfs mensen met een baan hebben de grootste moeite de eindjes aan elkaar te knopen. Ook ondernemers hebben hun winsten als gevolg van het door Nederland bedachte belastingstelsel zien krimpen.
,,Niet alles gaat verkeerd”, is het standaard weerwoord van coördinerend minister Ronald Plasterk (PvdA) van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties wanneer hem dit soort feiten worden voorgehouden. Onwaar is dat niet: voor de Nederlandse adviesindustrie bijvoorbeeld is de opname van de drie eilanden in het Nederlandse staatsbestel zeer lucratief uitgepakt. Inmiddels moet zo’n beetje elke vierkante millimeter op de BES-eilanden door uiteraard business class ingevlogen onderzoekers besnuffeld zijn. Opgestapeld zullen de rapporten nog niet tot de 36ste verdieping van het ministerie van BZK reiken, maar van de oud papier opbrengst zou de karige (met een vertraging van vijf jaar) ingevoerde kinderbijslag met gemak verdubbeld kunnen worden.
Hoe veel de adviesfabrieken dankzij goed betaalde overheidsopdrachten in de drie zonnigste gemeenten van Nederland naar zich toe harken, is onduidelijk want wie bij de ministeries informeert wat zij kwijt zijn aan het inhuren van multidisciplinaire task forces en meervoudig onverzadigbare denktanks wordt met een kluitje in het riet gestuurd.
Welk deel van de 281 euro miljoen die het Rijk beweert dit jaar te investeren in Caribisch Nederland opgaat aan voorstudies en integrale doorlichtingen blijft dus gissen. Eilandbestuurders vermoeden dat het – inclusief bezoeken van onder meer ambtelijke kwartiermakers en liaison officers – al gauw om tientallen miljoenen gaat. En als ze dan nog iet zouden hebben aan de doorgaans in wollig Nederlands geformuleerde gedifferentieerde tijdpaden en meersporen scenario’s. Het overgrote deel van de output van de consultancyfirma’s – zeg maar de ‘W.I.C. van de 21ste eeuw – is onbruikbaar om de simpele reden dat Caribische problemen vaker niet dan wel met Hollandse oplossingen zijn te verhelpen.
Voor de kwistig met opdrachten rondstrooiende bewindslieden lijkt de nutteloosheid van al die externe desk- en fieldresearchers er niet toe te doen. Neem het Amsterdamse onderzoeksbureau SEO. Dat leverde in 2014 op verzoek van minister Henk Kamp (VVD) van Economische Zaken een enkele tonnen kostend rapport af over list en bedrog bij het Water- en Energiebedrijf Bonaire. Een al even prijzige contra-expertise onder regie van de landsadvocaat bracht aan het licht dat de bron voor de alarmerende bevindingen de duim van een SEO-uitzendkracht was.
En wat doet Kamp met die wetenschap? Die beloont het overigens ook in eigen land niet onomstreden bureau doodleuk met een nieuwe onderzoeksklus, dit keer naar het functioneren van de telecomsector op Bonaire. Een incident is het niet: vrijdag werd bekend dat minister Ard van der Steur (VVD) van Veiligheid en Justitie de met behoud van zijn salaris van 185.000 euro op een zijspoor gezette baas van de Nationale Politie Gerard Bouman op Caribisch Nederland afstuurt om te vertellen hoe het politiekorps beter kan presteren. Op zijn zachtst gezegd een onhandige keuze. Het gaat immers om de man die zichzelf vorig jaar diskwalificeerde door amper een uur na aankomst op Sint Maarten te concluderen dat de regering en het plaatselijke politiekorps zijn vertrouwen niet waard waren.
Om minister Plasterk te parafraseren: niet alle onderzoek is waardeloos en dat is helemaal waar. Zo heeft het bureau Ideeversa berekend of de vrije uitkering die de eilanden uit Den Haag ontvangen toereikend is om de eilandelijke taken naar behoren uit te voeren. Bonaire blijkt er jaarlijks 5,5 miljoen bij in te schieten. Laat nu uitgerekend dit rapport al meer dan een jaar onberoerd in de bureaulade van de minister te liggen. Want: er gaat al zo veel geld naar die eilanden… Hoogste tijd om ook eens met dat fabeltje af rekenen. Het Rijk geeft dit jaar per inwoner van Caribisch Nederland gemiddeld 11.700 euro uit. Geen kattenpis, maar wel 3.800 euro minder dan het landelijk gemiddelde. Als elke Europese Nederlander net zo goedkoop was als een Caribische Nederlander zou het kabinet Rutte de verkiezingen ingaan met een gigantisch financieringsoverschot.
Bij de eerder genoemde 281 miljoen die in de Rijksbegroting (met een totaal van 262 miljard) is gereserveerd voor Caribisch Nederland past nog een nuancering. Er staat namelijk 113 miljoen euro aan belastinginkomsten tegenover die linea recta terugvloeien in de rijkskas. Er gaat dus niet 281 miljoen ‘die kant op’, maar 168 miljoen en zelfs dat is niet waar. In dat bedrag zijn namelijk behalve het inhuren van adviseurs onder meer ook apparaats- en out-of-pocketkosten van de ministeries inbegrepen. Om een voorbeeld te geven: het in stand houden van de riant gehuisveste belastingdienst Caribisch Nederland slokt jaarlijks 13 miljoen euro op.
Voorts worden tientallen miljoenen uitgegeven in Colombia voor de medische zorg aan patiënten uit Bonaire, Statia en Saba. Als Nederland iets beter zijn best zou doen de kwaliteit van de ziekenhuizen op Curaçao, Aruba en Sint Maarten te helpen verbeteren, kan dat geld in elk geval in het Koninkrijk blijven en wordt het voor de patiënten en hun familie een stuk aangenamer omdat zij dichtbij kunnen worden behandeld. Van het rijksbudget gaat verder 33 miljoen naar veiligheid. Dat is echter niet te merken aan meer ‘blauw op straat’. Wel aan het nieuwe politiebureau en de – aardbevingsbestendige! – brandweerkazerne. En wat te denken van de in aanbouw zijnde gevangenis die zo state-of-the-art wordt dat menig bewoner van een doorsnee volkswoning-met-eeuwig-lekkend-dak er jaloers van zou worden.
Terug naar de vrije uitkering. Behalve dat daarvan objectief is vastgesteld dat deze ruim 20% structureel te laag is, een substantieel deel kan bovendien helemaal niet aan armoedebestrijding, economische ontwikkeling en infrastructuur worden besteed. De eilanden zijn de afgelopen jaren – vanwege het door Den Haag niet naleven van de afgesproken legislatieve terughoudendheid – overspoeld door een tsunami van wet- en regelgeving waarvan het merendeel gezien de lokale situatie overbodig is, maar die wel hoge kosten met zich meebrengen voor invoering en handhaving.
Om de levensstandaard in de Nederlandse gemeenten Bonaire, Sint Eustatius en Saba naar een redelijk niveau te tillen, is wellicht niet eens meer geld nodig. Een effectievere besteding van het beschikbare budget – en dat is een gratis advies aan het kabinet Rutte – zou al een groot verschil kunnen maken.
René Zwart is parlementair correspondent in Den Haag voor het Antilliaans Dagblad. Deze columns betreffen op persoonlijke titel geschreven facebookposts die de KKC met zijn toestemming overneemt. Lees meer…
Mooi stuk, René!
Melkkoe
Wingewest?
Leg eens uit?