Willemstad – De voormalige werknemers van Refineria Isla Curaçao, dochterbedrijf van Petróleos de Venezuela (PdVSA), krijgen een eerste deel van het geld dat gemoeid is met de afvloeiingsregeling ‘zodra er een tax ruling is ontvangen van de Inspectie der Belastingen’.
Wat deze ruling inhoudt, is onbekend. Maar Refineria Isla rekent erop dat het in de eerste week van februari in orde is gemaakt. Dat blijkt uit een vorige week door de Refineria Isla samen met de vakbonden PWFC en Apri ondertekend document.
Eigenlijk betreft het een bijlage, ‘Attachment 2’, die hoort bij een eerdere overeenkomst ofwel ‘Mutual Agreement’. Ook de ‘Termination of agreement with mutual consent’, waar deze krant begin januari over berichtte, verwijst naar Bijlage 2.
Deze bijlage geeft aan hoe de afvloeiingsregeling de komende tijd nagekomen zal worden. Dat gebeurt in vijf gelijke delen van telkens 20 procent. Toch gaat Refineria Isla niet zondermeer over tot uitkering. Dit wordt gedaan met instemming van de vakbonden, getuige de handtekeningen onder het document van de voorzitters van PWFC en Apri.
Op 6 januari berichtte het Antilliaans Dagblad al dat Isla/PdVSA een potentiële bom heeft gelegd onder de (resterende uitbetaling van de) afvloeiingsregeling met de ruim 900 personeelsleden van de raffinaderij, door deze uitkering te koppelen aan de beschikbaarheid van de gelden bij Girobank.
In verband met de problemen bij Giro, waarvoor sinds 2013 de noodregeling geldt, zijn sinds 10 december vorig jaar alle tegoeden boven de 10.000 gulden bevroren. Het bedrag dat Refineria Isla voor nakoming van de afvloeiingsregeling nodig heeft is tot nu toe geheimgehouden, maar zal in de vele (tientallen) miljoenen lopen.
In het jongste document, ‘Attachment 2’ ondertekend op 22 januari jongstleden, wordt de voorwaardelijke uitbetaling herhaald. Namelijk met betrekking tot de vierde en vijfde tranche: ,,Conditioned to the funds of Refineria Isla at the Girobank being available.”
Maar nu gelden ook nog méér voorwaarden, die worden gekoppeld aan de eerste, tweede en derde betaling. De eerste uitkering is, zoals gesteld, gekoppeld aan het moment dat Refineria Isla de gunstige fiscale regeling – tax ruling van de belastinginspecteur – in haar bezit heeft.
Ook uitbetaling twee en drie zijn afhankelijk gemaakt van omstandigheden. In dit geval van de succesvolle verkoop van de petroleumproducten die nu nog opgeslagen zijn in de Isla-tanks. Zodra de hoeveelheid gelijk aan 20 procent van het afvloeiingsplan is verkocht, wordt dit deel aan de werknemers beschikbaar gesteld. Dat zal naar verwachting in de eerste week van maart 2020 het geval zijn.
Bron: Antilliaans Dagblad