Het advocatenduo Chester Peterson en Eldon ‘Peppie’ Sulvaran van het kantoor Sulvaran&Peterson – bekend als de raadslieden van zowel de verdachte loterijhouder Robbie dos Santos als sinds enige tijd van de verdachte parlementariër en ex-premier Gerrit Schotte (MFK) – gaan zwaar over de grens en zijn zelfs opruiend bezig.
De vraag is of dat juridisch allemaal zomaar kan, maar ethisch verantwoord is het in elk geval absoluut niet. Kritisch zijn is goed. Zelfs zeer kritisch zijn, mag en kan.
Maar hun handelen lijkt erop gericht te zijn het gezag van enkele belangrijke instituten van dit Land te ondermijnen en deze instituten kapot te maken. Kennelijk bewust worden de poten onder het gezag weggezaagd.
Van het Openbaar Ministerie, van de rechters en van een president van de Centrale Bank. In hun ogen worden deze instituten bevolkt door criminelen. Zijn een procureur-generaal, officieren van justitie, rechters of de directie van de Centrale Bank onaantastbaar, en werkzaam op een terrein waar scherpe op- en aanmerkingen niet zijn toegestaan? Nee, zeker niet. Ook instellingen als OM, Hof en Centrale Bank moeten zich verantwoorden. Maar wel volgens de wet en spelregels.
En zij moeten met fatsoen en respect worden bejegend. Zoals ook Sulvaran en Peterson wensen te worden behandeld. Zij hebben echter de rectificatiezaak van Emsley Tromp, als burger en niet als president van de Centrale Bank, misbruikt – en mogelijk zelfs daarvoor uitgelokt – om hem af te schilderen als het mogelijke brein of de financier achter de moord op Helmin Wiels.
De truc die daarbij gehanteerd wordt, is om (al dan niet zelf in de wereld geholpen) geruchten te verheffen tot halve waarheden en bijna als hele waarheden te presenteren.
Vooral het directe verband dat Peterson en Sulvaran met behulp van een ‘gerucht’ leggen tussen Tromp en de ‘intellectuele beramers of financiers van de moord op Helmin Wiels’ enerzijds en ‘de echte moordenaars van Wiels’ anderzijds is uiterst kwalijk. Niet alleen in de richting van Tromp, maar tegen welke andere persoon ook.
Als strafrechtadvocaten moeten zij als geen ander weten dat voor eenieder geldt dat hij pas schuldig is als hij door de rechter is veroordeeld. Voor Tromp hanteren zij andere normen. De president van de Centrale Bank is heus wel mans genoeg om voor zichzelf op te komen, maar tegen zulke laag-bij-de-grondse aantijgingen kan men zich nauwelijks verdedigen.
Peterson en Sulvaran schrikken namelijk nergens voor terug, sterker: veroorzaken wellicht bewust maatschappelijke onrust vanuit hun politiek-maatschappelijke opvattingen. Aan algemeen aanvaarde normen hebben zij geen boodschap. Dat blijkt niet alleen uit de kwalificaties die zij in hun pleitnota voor diverse personen gebruiken, maar bijvoorbeeld ook uit het feit dat zij zonder schroom citeren uit een kennelijk persoonlijk en dus vertrouwelijk gesprek met PG Dick Piar.
Dat is, algemeen aanvaard, not done. Met opzet duwen ze de PG in een hoek, trachten hem kwetsbaar te maken, om tegelijk Tromp extra ‘verdacht’ af te schilderen. Geen middel wordt geschuwd. Hun doel? Iets wat dicht tegen het shockeren en misschien zelfs wel beschadigen van de rechtsorde aanleunt.
Binnenskamers stellen veel confrères ‘dat dit niet langer kan’; er zijn er maar weinig die het hardop zeggen of schrijven. Maar het wordt tijd dat ook ten behoeve van de eer en goede naam van het beroep de Orde van Advocaten duidelijk stelling neemt en zich distantieert van deze praktijken en mogelijk zelfs overgaat tot een formele klacht tegen deze beroepsgenoten, die kennelijk uit zijn op het beschadigen van de reputatie van anderen en van de rechtsstaat.
De Raad van Toezicht (de tuchtrechter) kan alleen op basis van een klacht in actie komen; klachten kunnen worden ingediend door direct belanghebbenden (bijvoorbeeld degene die door een advocaat is geschoffeerd), maar op Curaçao – anders dan in Nederland – ook door niet direct belanghebbenden.
Ondertussen gonst het van geruchten over de mogelijke opdrachtgever(s) van de moord op Wiels. Dat is een slechte zaak, want het wakkert verdere onrust aan. Tegen geruchten kunnen Openbaar Ministerie en minister van Justitie niet veel doen, hoewel ze er in zekere zin zelf voedsel aan hebben gegeven door aan te geven ‘dat bekend is’ wie er achter de liquidatie zou(den) zitten, maar dat dit ook nog moet kunnen worden bewezen.
Sindsdien vallen telkens nieuwe namen van vaak prominente burgers. Extra reden voor het alles op alles zetten om de zaak zeer spoedig op te lossen. Maar voordat het zover is, dient Justitieminister Nelson Navarro (PAIS) of meer helderheid te verschaffen – zoals hem eerder werd verzocht door de Staten – of in elk geval de bevolking gerust te stellen dat er geen enkel direct gevaar dreigt, en tegelijk met klem een oproep te doen terughoudend te zijn en niet maar lukraak geruchten te verspreiden.
Iedereen op Curaçao, vriend en vijand, dient te beseffen dat het imago van Curaçao op het spel staat; niet dat van Aruba, Nederland of welk ander land ook. Dat geldt ook voor de gifpijlen gericht op OM, rechterlijke macht en Centrale Bank.
Dat kan mogelijk bedoeld zijn voor kortetermijngewin van een individu of individuele zaak, maar kan zeer vergaande negatieve langetermijneffecten hebben voor het land en zijn bevolking. Dit laatste alleen al is op zichzelf onacceptabel.
Bron: Antilliaans Dagblad