WILLEMSTAD — Minister Irene Dick van Onderwijs, Wetenschap, Cultuur en Sport (OWCS) heeft gisteren een miniconferentie gehouden met als onderwerp taalbeleid. Deze conferentie is het begin van een reeks stappen die eraan bij moeten dragen dat ons land een eigen taalbeleid ontwikkelt op basis van de huidige situatie.
Advertentie
Het gaat om het herwaarderen en herpositioneren van taal en het opzetten van een nationaal beleid.
Marta Dijkhoff van Dijkhoff Learning is gevraagd om dit project samen met een stuurgroep, die bestaat uit beleidsmedewerkers van het ministerie van Onderwijs, te trekken.
In november vorig jaar werd al een eerste aanzet gegeven, die gisteren resulteerde in de miniconferentie waarbij presentaties en discussies werden gehouden over taal. Verschillende experts waaronder Marta Dijkhoff, Philie van Veen (projectprocesbegeleider) en Juana Kibbelaar (expert taalontwikkeling op scholen) hielden gisteren presentaties voor deelnemers aan de miniconferentie waarbij het onderwijsveld vertegenwoordigd was.
De conferentie werd ingeleid met een beroemde haiku van Elis Juliana die in vier talen naar voren werd gebracht:
Un bon yobida ta mustra e buraku den dak ku ta lèk
Vrij vertaald: Een goede regenbui laat zien waar het dak lek is.
Anders gezegd in het kader van de miniconferentie: laten we het dak repareren op een duurzame wijze.
Deze haiku werd in het Papiaments, Nederlands, Engels en Spaans onder de aandacht gebracht waarmee aangegeven werd dat het nationale taalbeleid gaat over in elk geval deze vier talen.
Het is overigens niet uitgesloten dat er meer talen meegenomen zullen.
Te denken valt bijvoorbeeld aan Portugees en Chinees.
“Waar het om gaat is de huidige taalsituatie in kaart brengen, herwaarderen en herpositioneren.
En dat gaat niet alleen het onderwijs aan maar onze hele gemeenschap.
Vandaar ook dat er vanuit het onderwijs, ons startpunt, uitgewaaierd zal worden naar andere sectoren in onze samenleving.
Om te zien en in kaart te krijgen hoe het met taal gesteld is.
Zoveel mogelijk sectoren mee laten denken en informatie laten inbrengen: daar gaat het om.
Dit is een start, een eerste aanzet van waaruit we verder zullen gaan om uiteindelijk tot een nationaal taalbeleid te kunnen komen”, zo laat Dijkhof desgevraagd weten.
Behalve experts op taalgebeid namen ook verschillende partners uit het onderwijs deel aan de conferentie om een bijdrage te leveren aan deze discussie door hun ervaringen vanuit het veld in te brengen.
Alle schoolbesturen en organisaties die onderwijsondersteunend werken, kregen de gelegenheid om informatie in te brengen en te delen, zodat de stuurgroep verder kan.
De miniconferentie van gisteren was de eerste van een serie sessies die zal worden georganiseerd.
Volgende week zal de volgende bijeenkomst plaatsvinden, waarbij onder meer alle ministeries van de overheid zijn benaderd om deel te nemen.
“Maar niet alleen de overheid, ook organisaties die niet in een overheidssector werkzaam zijn, zijn uitgenodigd.
Te denken valt aan vakbonden, zakenmensen, mensen vanuit de toeristische sector, de Kamer van Koophandel enzovoort.
Om tot een nationaal beleid te komen willen we zoveel mogelijk mensen en instellingen die met taal te maken hebben, betrekken”, aldus Dijkhoff.
Het team dat bestaat uit de stuurgroep met beleidsmedewerkers van het ministerie van Onderwijs en trekker Marta Dijkhoff zal onder leiding staan van Susan Larmonie-van Heydoorn, de beleidsdirecteur van het ministerie van OWCS.
bron: Amigoe
Advertentie