
Willemstad – Sint Maarten kan geen voorschot krijgen uit hoofde van de vereffening om zo haar liquiditeitspositie te verbeteren. Dat legt de voorzitter van de vereffeningscommissie, Faroe Metry, uit in gesprek met deze krant.
Advertentie
Metry: ,,Omdat afgesproken is dat de waarde van gebouwen het land toekomen waar die gebouwen staan, zal er hoogstwaarschijnlijk een overbedeling zijn voor Curaçao omdat de meeste gebouwen hier staan. Dat maakt dat Sint Maarten straks aanspraak kan maken op geld dat Curaçao in het kader van de boedelscheiding aan dat eiland moet afrekenen. Er kan nu echter nog geen voorschot gegeven worden. Op dit moment ligt het zesde concept van de Boedelbalans op tafel, opgesteld door de Stichting Overheidsaccountantsbureau (Soab) waar KPMG nog haar bevindingen over moet uitspreken.”
In de gezamenlijke verklaring die deze week is afgelegd, na overleg tussen Curaçao en Sint Maarten over het financieel, monetair en justitieel beleid, staat over de vereffening geschreven:
,,Partijen stellen vast dat de Vereffeningscommissie naar verwachting per ultimo juni 2014 haar eindrapportage zal uitbrengen.
Partijen spreken af dat deze eindrapportage eerst intern zal worden besproken en dat de ministers van Financiën van de landen in samenspraak met de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties vervolgens nadere afspraken zullen maken ten aanzien van het vrijgeven van bedragen bij wijze van voorschot en met inachtneming van zekerheidsmarges.
Partijen streven ernaar dat het vereffeningsproces vóór het einde van 2014 is afgerond.
Bij Curaçao en Sint Maarten berust de coördinatie van dat proces bij de ministers van Financiën.”
Bij het overleg waren aanwezig premier Ivar Asjes, Financiënminister José Jardim, premier Sarah Wescot-Williams van Sint Maarten en Financiënminister Martin Hassink. Als afgevaardigde van de vereffeningscommissie was bij het overleg aanwezig de door Curaçao benoemde accountant Anthony Cijntje.
Tijdens het overleg is ook gesproken over de wens om in elk land een eigen Centrale Bank in te stellen, waarbij Sint Maarten mogelijk de dollar als betaalmiddel zal invoeren. Op regeringsniveau is afgesproken dat er een structureel overleg- en afstemmingsplatform ingesteld wordt tussen de regeringen van Curaçao en Sint Maarten, naar analogie van de ministeriële samenwerkingsraad.
,,Partijen zullen Aruba uitnodigen hieraan deel te nemen.”
Bron: Antilliaans Dagblad
Advertentie