
DEN HAAG — Minister Ronald Plasterk kreeg vanmiddag weer het verzoek om concrete stappen te nemen om welzijn en zekerheid in Caribisch Nederland te verbeteren.
Het verzoek was dit keer afkomstig van maar liefst twaalf Eerste Kamerfracties, die onder meer duidelijkheid wilden over het sociale minimum. Een duidelijk antwoord van de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties kwam er echter niet.
De Eerste Kamer constateerde dat de Nederlandse regering niet consequent is met betrekking tot het sociaal minimum. In het Europees deel van Nederland is dit het minimale bedrag om van rond te komen, maar op Bonaire, St. Eustatius en Saba mag de onderstand niet te hoog zijn, omdat er een prikkel moet blijven om te gaan werken. “Waarom is de regering tot op heden niet bereid om te objectiveren wat mensen nodig hebben om te overleven in verschillende leefomstandigheden?”, zei GroenLinks-Eerste Kamerlid Ruard Ganzevoort, tevens voorzitter van de Eerste Kamercommissie voor Koninkrijksrelaties.
De overige Eerste Kamerleden, van links tot rechts, hadden vergelijkbare opmerkingen. “Het ophangen aan alleen de economische situatie uitgedrukt in het minimumloon is niet redelijk zolang niet duidelijk is hoeverre het minimumloon boven het bestaansminimum uitgaat”, zei Henk ten Hoeve, Eerste Kamerlid namens de Onafhankelijke Senaatsfractie. “Ik geloof niet dat een hoger minimumloon tot een onbeheersbare instroom van arbeid van buiten zou leiden. Er zijn werkvergunningen vereist”, zei hij.
De vragen over het sociaal minimum hielden verband met het aanvaardbare voorzieningenniveau, waar ook alle partijen opheldering over vroegen. “Mensen rekenden op verbeteringen, kijkend naar de term ‘een voor Nederland aanvaardbaar voorzieningenniveau’. In plaats daarvan zijn ze er financieel zelfs op achteruit gegaan”, zei Meta Meijer van de SP. “Wanneer kunnen alle Nederlanders in Caribisch Nederland aan het eind van de maand nog hun noodzakelijke boodschappen doen?”
Minister Plasterk benadrukte dat de Nederlandse regering al een grote stap heeft gezet door het besluit om een sociaal minimum vast te stellen. “Dat is al een hele verbetering, want eerdere regeringen wilden dat nooit”, zei hij. De minister gaf echter geen duidelijkheid over de koppeling met het minimumloon in plaats van een bedrag dat nodig is om van rond te komen. Hij verwees naar staatssecretaris Jetta Klijnsma, die hier nog voor het einde van het jaar een beslissing over zal nemen, een reactie waar verschillende Eerste Kamerleden zich aan ergerden.
“De lokale omstandigheden waar rekening mee gehouden wordt, betreffen niet alleen de economie, maar ook de grootschalige armoede”, zei Ganzevoort. “Ik constateer dat de minister kennelijk het sociaal minimum niet op een logische manier wil koppelen aan wat levensonderhoud kost op de eilanden”, zei Christine Teunissen van de Partij voor de Dieren.
De Eerste Kamer vroeg ook naar de mogelijkheid voor meer bevoegdheden voor de overheden van Bonaire, St. Eustatius en Saba en naar de verantwoordelijkheden voor de Rijksvertegenwoordiger, die volgens CDA-Eerste Kamerlid Sophie van Bijsterveldt beter Commissaris voor Caribisch Nederland genoemd kan worden. De discussie over het sociaal minimum nam echter redelijk veel tijd in beslag, dus Plasterk zou andere vragen pas vanavond beantwoorden.
Bron: Amigoe