
Willemstad – Advocaten Burgers, In ’t Veld, Pais-Fruchter en Nagelmakers gaan in beroep tegen de uitspraak die de Raad van Toezicht op de Advocatuur deed op 19 december in de KFO-zaak.
Volgens de advocaten kan deze uitspraak worden opgevat als een nieuwe advocatuurlijke norm, en met die norm zijn zij het niet eens. De advocaten Eldon ‘Peppie’ Sulvaran, Chester Peterson en Anthony Eustatius van Fundashon Kòrsou Fuerte i Outónomo (KFO) trokken medio december in twee van de drie tegen hen ingebrachte klachten aan het langste eind.
In de derde klacht, tegen alleen Sulvaran, oordeelde de Raad van Toezicht op de Advocatuur dat een berisping op zijn plaats was wegens onnodig grievende uitlatingen over Centrale Bankpresident Tromp.
Daar zijn de vier advocaten het niet mee eens. En daarom hebben ze een beroepschrift ingediend bij de Raad van Appèl voor de Advocatuur. De raadsmannen en -vrouwen zijn van mening dat de Raad van Toezicht op de Advocatuur de uitspraken in de KFOzaak ten onrechte en op onjuiste gronden en overwegen is gewezen.
Zij stellen dat de beslissing van de Raad van Toezicht kan worden opgevat als een te gelden nieuwe advocatuurlijke norm die, wat betreft de advocaten, onjuist is.
De klachten gingen over het optreden van de KFOadvocaten in de rechtszaal tegenover rechters en uitlatingen in de media die als grievend of kwetsend werden ervaren door de toenmalige deken van de Orde van Advocaten, Caroline Fiévez.
De advocaten willen nu dat er nogmaals wordt geoordeeld over of de KFO-advocaten zich zo in de rechtszaal mogen uitlaten. De advocaten willen dat de beslissing waarvan beroep wordt vernietigd, en opnieuw rechtsdoende, al dan niet onder aanvulling of verbetering van gronden, de klacht gegrond wordt verklaard en verweerders een passende straf wordt opgelegd.
Bron: Antilliaans Dagblad
Dossier: Fundashon Kòrsou Fuerte i Outónomo (KFO/FKO)