Oplossing Ennia-problematiek ‘van vitaal belang’
ennia,,Het zal daarom van cruciaal belang zijn een grondige beoordeling van de levensvatbaarheid van het bedrijf op lange termijn uit te voeren alvorens herkapitalisatie te overwegen”, schrijft het Internationaal Monetair Fonds in het jongste verslag.
De Ennia-problematiek is zeker ook het IMF niet ontgaan. Integendeel, de deskundigen in Washington nemen er uitvoerig de tijd en ruimte voor. ‘Ennia’ komt 42 keer voor in ‘IMF Executive Board Concludes 2023 Article IV Consultation Discussions with the Kingdom of the Netherlands – Curaçao and Sint Maarten’.
,,Als voor herkapitalisatie wordt gekozen, dan zouden een herstructurering van het bedrijf, robuust toezicht, scherpe bestuursafspraken en een duidelijke exit-strategie voor de regering nodig zijn.”
De autoriteiten overwegen een Financieel Stabiliteitsfonds, vervolgt IMF, om de oplossing te financieren. Maar als de financiële sector zal (moeten) bijdragen, zal wel onderzoek naar de impact ervan op de financiële instellingen moeten plaatsvinden.
Bij een oplossing dient naar de mening van het IMF voorkomen te worden dat de internationale reserves van de Centrale Bank CBCS worden aangesproken. ‘Een meer gestructureerde dialoog’ tussen de CBCS en de regering(en) – nodig om de strategie voor de oplossing van Ennia af te ronden – zou gebaat kunnen zijn met een Comité voor Financiële Stabiliteit (CFS).
Voor het IMF is de Ennia-problematiek (waarbij de Amerikaans eigenaar Hushang Ansary samen met ex-bestuurders en oud-commissarissen aansprakelijk zijn gesteld en veroordeeld voor ruim een miljard gulden aan door hen veroorzaakte schade, red.) zo ernstig, dat het zelfs wordt gezien als een risicofactor voor de groei van de economie.
,,Een vertraging bij het oplossen van Ennia zou grote macro-economische en sociale gevolgen hebben”, waarschuwt het IMF. Daarom is uitvoeren van een duurzame afwikkelingsstrategie voor Ennia belangrijk; ‘om een negatieve economische en financiële situatie met een sociale impact te voorkomen’.
De afgelopen paar jaar hebben de Curaçaose autoriteiten veel aan begrotingsconsolidatie gedaan. Het primaire begrotingssaldo vertoonde in 2022 een overschot, waar vooraf niet op werd gerekend. Verder is, door een combinatie van nominale bbp-groei (bruto binnenlands product) en beheerste uitgaven, de overheidsschuldquote afgenomen van 90,3 procent in 2021 naar 77,2 in 2022.
Echter, de noodzaak iets te doen aan de insolventie van Ennia, omschreven als ‘een grote systeeminstelling’ met circa 25.000 pensioenpolishouders, kan de schuldquote van het Land Curaçao weer fors doen toenemen (een systeeminstelling is essentieel voor het financiële systeem en daarmee voor economie en maatschappij, red.).
IMF noemt in dit verband óók de onzekerheid over de herfinanciering van Covid-19-gerelateerde liquiditeitssteunleningen, die in oktober aanstaande vervallen. Met dit laatste is 911 miljoen gulden gemoeid (15,5 procent bbp). IMF gaat voor wat betreft Ennia uit van 550 miljoen (ofwel 9,3 procent bbp). Maar noemt ook het bedrag van 650 miljoen (terwijl intussen doorklinkt dat er – afhankelijk van de snelheid waarmee Ennia weer solvabel zou moeten worden – 700 miljoen tot een miljard nodig zou zijn, red.).
Deze voor Curaçao astronomische bedragen zouden worden ge(her)financierd via een langlopende externe lening tegen een rente van 3,2 procent, in grote lijnen overeenkomend met de debetrente op het Nederlandse kapitaalmarkt (de liquiditeitsleningen zijn tot nu toe renteloos, red.). Zónder een oplossing voor Ennia, zoals Nederland wil, zou de rente volgens IMF weleens 7 procent kunnen bedragen.
Uit de IMF-rapportage blijkt dat de lokale autoriteiten zich realiseren dat de vooruitzichten onderhevig zijn aan de onzekerheden over de besluitvorming inzake Ennia alsmede de lopende gesprekken met Nederland over de herfinanciering.
Bron: Antilliaans Dagblad