Willemstad – Het moest, volgens een vooraf bepaald strak schema, gebeuren tussen de jaarwisseling en 28 februari, met als doel om de definitieve contracten – ‘Definitive Agreements’ – op 1 maart te tekenen.

Dat blijkt te ambitieus geweest, maar ingewijden verwachten dat deze week nog wordt getekend tussen overheids-nv Refineria di Kòrsou (RdK) en Corc bv (Curaçao Oil Refinery Complex). Ondanks de grote hobbels.

,,1 Maart is niet haalbaar gebleken”, zegt Marcelino ‘Chonky’ de Lannoy desgevraagd namens RdK. ,,Maar we zijn druk bezig en proberen het spoedig af te ronden.” De directeur heeft het dan over ‘het RdK-deel’, omdat er apart ook nog overeenstemming moet zijn tussen Corc en het Land Curaçao.

En als dat gebeurt, is er weer perspectief op een nieuwe operator van de ruim een eeuw oude Isla-raffinaderij. En dat in onzekere tijden. Onzeker in verband met de Covid-19-crisis en onzekerheid over de petroleumindustrie, die door corona maar ook daarvoor al door de opkomst van alternatieve en duurzame energievormen – alsmede het daaraan gekoppelde bewustzijn van milieu en klimaat – wereldwijd moeilijke tijden doormaakt. Corc en de achterliggers mikken op een petrochemische toekomst van Isla.

Enkele media, waaronder deze krant, hadden het eind 2020 al gemeld en kort daarop bevestigde RdK ook zelf het bericht dat het lokale Corc als ‘preferred bidder’ voor de overname van de Isla-olieraffinaderij was geselecteerd. Vanaf dat moment was het een race tegen de klok om, het liefst op 1 maart, de definitieve contracten te ondertekenen.

Het gaat over de onderhandelingen om het eens te worden over het (type) ‘participatiemodel’ tussen RdK en Corc. Parallel daaraan moest Corc met de regering-Rhuggenaath en aan de overheid gerelateerde partijen onderhandelen over zaken als fiscaliteit (belastingvoordelen), investeringsvoorwaarden, vergunningen (waaronder de milieuregels), werkgelegenheid, maritieme dienstverlening en levering van brandstof voor de lokale afzetmarkt.

Ook met de (550 overgebleven) werknemers en hun vakbonden heeft Corc het gesprek opgestart, hoewel de vakorganisaties PWFC en Apri ‘partner’ zijn binnen Corc en van alles op de hoogte zijn.

De speciaal voor de overname van de exploitatie opgerichte vennootschap wordt geleid door Javier Hernández, die als ex-directeur de Isla als zijn broekzak kent. De ervaren Hernández wordt in de Corc-directie bijgestaan door Manoel ‘Lito’ De Silva De Freitas, bekend van Dick & Doof Contractors – één van de grootste aannemingsbedrijven voor de Isla. Corc is voor de realisatie van ‘Project Arawak’, zoals het vinden van een nieuwe operator door RdK is genoemd, samenwerkingsverbanden aangegaan met internationale partners, waaronder uit Brazilië en China. Deze krant berichtte hier eerder over, inclusief hun namen.

De ‘Definitive Agreements’ betreffen niet alleen de Isla-raffinaderij aan het Schottegat, maar ook de overname van de energiecentrale Curaçao Refinery Utilities (CRU) en de olieopslag- en overslagterminal bij Bullenbaai.
Deze week moet het gebeuren.

Het is de vierde poging een exploitant te vinden voor de oude Shell-installaties, die na het vertrek in 1985 tot 31 december 2020 werden gehuurd en geëxploiteerd door PdVSA uit Venezuela. Guangdong Zhenrong Energy (GZE), Motiva/Aramco en Klesch Group gingen Corc voor.

Het (al dan niet) bereiken van finale overeenkomsten zal naar alle waarschijnlijkheid ook een grote rol spelen in de rest van de campagne tot de Statenverkiezingen op 19 maart.

Bron: Antilliaans Dagblad