WILLEMSTAD — De Curasub van Substation Curaçao heeft afgelopen dinsdag op verzoek van Defensie geassisteerd om het duikmaterieel/vest van de 23-jarige marineduikster, die afgelopen maandag om het leven kwam in de Caracasbaai, te traceren en te bergen.

Het materieel werd met inzet van de sub ‘vrij snel teruggevonden op een diepte die met reguliere duikuitrusting voor duikers niet bereikbaar is en omhooggehaald’, aldus de Substation-medewerker die verder niet in detail wenst te treden.

Zoals eerder door de Amigoe gemeld, werd de toegang tot de zee waar de marineduikster is omgekomen afgelopen dinsdag afgeschermd. Het publiek werd tussen 9 en 12 uur ‘s ochtends geweerd door de Koninklijke Marechaussee – die als militaire politie belast is met het onafhankelijk onderzoek – en andere militairen.

Nu blijkt dat er in voornoemd tijdsbestek naarstig is gezocht naar het duikmaterieel. Omstanders zeiden tegen deze krant dat er tot op een diepte van 46 meter is gezocht, waarop om assistentie van de Curasub is verzocht. Het overlijden van de marineduikster, die tijdens een duikoefening van de Defensie Duikgroep (DDG) ter hoogte van de Tugboat-duiklocatie om het leven kwam, heeft ook onder de lokale duikgemeenschap emoties losgemaakt.

Behalve medeleven voor haar familie, vrienden en haar DDG-collega’s, ook bezorgdheid. Een duikexpert benadrukt dat ieder duikongeval goed onderzocht dient te worden om er lering uit te kunnen trekken om zo in de toekomst ongevallen te vermijden. In dit kader wordt gewezen op het feit dat de Tugboat-duiklocatie een geliefde/populaire locatie is. Tevens wordt de hoop uitgesproken ‘dat ondanks dat het hier een militaire oefening betrof’ er duidelijkheid wordt verschaft over de wijze waarop de marineduikster om het leven is gekomen.

Het Openbaar Ministerie (OM) heeft vandaag laten weten dat het lichaam van de marineduikster reeds aan de familie is vrijgegeven, nadat de autopsie gisteren op Curaçao is uitgevoerd door experts van het Nederlands Forensisch Instituut (NFI). De ouders van de overleden matroos zijn gisteren op het eiland gearriveerd. Het OM heeft ook laten weten dat bij de autopsie een zogenoemde ‘full-body’ CR-scan is gemaakt. De afkorting CR is afgeleid van Computed Radiography (CR), waarbij met röntgen digitale afbeeldingen worden gegenereerd.

Het OM laat verder weten dat er nog een toxicologisch onderzoek dient plaats te vinden, en dat de resultaten van een dergelijk onderzoek binnen enkele weken worden verwacht.

Omdat er een zoekactie heeft plaatsgevonden naar het duikmaterieel/vest, is de aanname van de duikexpert dat dit door de marineduikster zelf is losgemaakt, mede omdat een dergelijke uitrusting goed bevestigd is op het lichaam en dat daarom alles duidt op een poging tot ‘noodopstijgen’. Bij een noodopstijging, bijvoorbeeld door gebrek aan zuurstof, maakt de duiker zichzelf lichter om zo snel mogelijk – met zo min mogelijk weerstand – het oppervlak te kunnen bereiken.

Het rif van Curaçao kent naar verhouding weinig ‘ondiepe plekken’ – geschikt bijvoorbeeld voor het afzinken van wrakken om zo duiklocaties te creëren – en loopt vrij snel en steil af. Om deze reden is het geheel plausibel dat het duikmaterieel, nadat het werd losgemaakt, makkelijk naar een veel grotere diepte kon zinken dan waar de marineduikster zich bevond en waar het uiteindelijk door de Curasub werd teruggevonden.

De lokale duikexpert stelt verder dat bij reddingspogingen de duiker altijd met zijn gehele apparatuur/uitrusting omhoog wordt gehaald, aangezien de uitrusting van essentieel belang is voor aanwijzingen over de oorzaak van een ongeval. Het is onwaarschijnlijk dat hulpverleners het materieel tijdens de reddingspoging hebben verwijderd.

Bezoekers aan het Caracasbaai-schiereiland stellen dat ‘alles er op duidt dat de oefening na het overlijden van de marineduikster en de zoekactie dinsdagochtend naar de uitrusting, geheel is gestaakt’. Dit omdat er geen activiteiten werden geobserveerd.

Uit een DDG-brochure blijkt verder dat het duikmaterieel van deze militairen zich onderscheidt van de reguliere duikuitrusting die voor civiele doeleinden wordt gebruikt. Onder het subkopje ‘Militaire functieopleiding nitrox-duiker’ staat in de brochure het volgende vermeld: “Om je klaar te stomen voor een functie bij de DDG of aan boord van een mijnenjager leer je in de nitrox-module duiken met een rebreather. Bij een rebreather gebruik je, zoals de naam al doet vermoeden, je uitgeademde lucht opnieuw. Het voordeel is dat je langer onder water kunt blijven en minder lawaai maakt (er komen geen luchtbelletjes vrij, red.).”

Zoals de Amigoe gisteren vermeldde, was de marineduikster tijdens haar afdaling vermoedelijk alleen. Gewezen wordt op de bijzonder specialistische expertise van de Defensie Duikgroep, die onder meer wordt ingezet bij crisisbeheersingsoperaties, havenbescherming, onderhoud aan militaire schepen, opleidingen en oefeningen, militaire bijstand bij zoekacties naar wapens en/of vermiste personen en het opsporen en vernietigen van niet ontplofte explosieven. De noodzaak van training in ‘solo-afdalingen’ wordt daarom in dit geval niet als onwaarschijnlijk gezien.

Over wat de oefeningen precies inhielden, is nog geen informatie vrijgegeven. De lokale duikexpert oppert de mogelijkheid dat de oefening ook had kunnen bestaan uit ‘het moeten afdoen van het duikmaterieel om zich ergens onderwater toegang toe te kunnen verschaffen’. Defensie-woordvoerder Maartje van der Maas heeft de afgelopen dagen meermaals verklaard geen uitspraken te kunnen doen en voor verdere inlichtingen naar de Koninklijke Marechaussee verwezen. Het Nederlandse nummer waar zij naar verwijst, is echter niet bereikbaar. Vandaag was de Defensie-woordvoerster niet bereikbaar voor commentaar.

Bron: Amigoe