Opinie Jeroen Winkel | Financieel Dagblad
Per 1 oktober mogen enkel goedgekeurde bedrijven onlinegokken aanbieden. Buitenlandse bedrijven mogen ten vroegste in april 2022 hun vergunning aanvragen. De afwezigheid van buitenlandse aanbieders geeft opportunistische profiteurs teveel ruimte, waarschuwt econoom Jeroen Winkel.
De Nederlandse onlinegokmarkt wordt gedomineerd door grote, beursgenoteerde buitenlandse gokbedrijven zoals Unibet, Pokerstars en Betfair. Strikt genomen is het aanbieden van online kansspelen illegaal, maar er wordt al jarenlang een gedoogbeleid gevoerd door de Nederlandse Kansspelautoriteit. Met de nieuwe Wet kansspelen op afstand komt hier verandering in: per 1 oktober mogen enkel goedgekeurde bedrijven onlinegokken aanbieden.
Goed nieuws voor de Nederlandse gokker, zou u misschien denken. Legalisering van de dienst en het liberaliseren van de markt zorgt voor een concurrerend aanbod, terwijl strenge regels voor goedkeuring zorgen voor een veilige speelomgeving, verslavingsbeleid en terughoudendheid met reclame.
‘Sander Dekker dreigt op 1 oktober te gaan fluiten voor een wedstrijd waar ‘team Staatsprivilege’ schaamteloos mag scoren in open doel’
Maar een concurrerend aanbod lijkt het niet te worden, nu demissionair minister voor Rechtsbescherming Sander Dekker buitenlandse aanbieders tot ten minste april 2022 op de strafbank plaatst. Omdat zij illegaal Nederlandse spelers hebben bediend, vindt hij dat deze partijen moeten wachten met hun vergunningaanvraag.
Een voetbalwedstrijd zou nooit worden afgetrapt als slechts de helft van de spelers op het veld staan. Sander Dekker dreigt op 1 oktober te gaan fluiten voor een wedstrijd waar ‘team Staatsprivilege’ — met Holland Casino en Toto in de voorhoede — schaamteloos mag scoren in open doel.
Bij aanvang van de tweede helft, ten vroegste in april, staan de buitenlandse aanbieders dan flink achter. Dat is leuk voor de Nederlandse schatkist, maar met uiteindelijk de Nederlandse consument als het kind van de rekening. Dat is geen fair play.
Waardevernietiging
Het tegenargument is dat de Kansspelautoriteit minstens 35 goedgekeurde aanbieders verwacht, en we dus een concurrerende markt krijgen. Maar dit argument gaat voorbij aan de principes van de vrije markt.
De afwezigheid van buitenlandse aanbieders maakt de weg vrij voor opportunistische profiteurs om spreekwoordelijk als paddenstoelen uit de grond te schieten. En het is moeilijk om ze dat kwalijk te nemen. Het probleem is dat een deel van deze nieuwe aanbieders nooit zou bestaan als zij in een werkelijke vrije markt zouden moeten concurreren. Het bestaan van iets dat niet zou moeten bestaan, resulteert hier in economische waardevernietiging waar wij als maatschappij voor opdraaien.
‘Geef buitenlandse aanbieders de optie om zichzelf vroegtijdig van het strafbankje te kopen’
Dat Dekker de jarenlang gedoogde buitenlandse gokaanbieders nu wil straffen is bijzonder an sich. We gaan bij eventuele legalisering van cannabisproducten toch ook niet eerst de coffeeshops 6 maanden sluiten? Los van de discussie over deze ethisch-juridische vraag, is er gelukkig een oplossing. De staat kan de buitenlandse aanbieders de optie geven om zichzelf vroegtijdig van het strafbankje te kopen, en de markt te betreden.
Vrijwillige uitkoop levert een win-win-situatie op waarbij de staatskas wordt gespekt én de Nederlandse consument profiteert van een vrije markt op de Nederlandse onlinegokmarkt. Dit kan nog wel voor 1 oktober worden afgestemd, toch?
Bron: Financieel Dagblad