Minister van Onderwijs presenteert vijfjarig programma

Willemstad – Een eerste raming om het Herstelprogramma Onderwijs (Mehorashon di Enseñansa Kòrsou, MdE) uit te voeren komt uit op een bedrag van 260 miljoen gulden, waarvan 60 miljoen uit de begroting komt, verspreid over een periode van vijf jaar (2023-2028).

Dit staat in het MdE, dat onlangs door de minister van Onderwijs, Wetenschap, Cultuur en Sport (OWCS), Sithree ‘Cey’ van Heydoorn (MFK), aan de Staten is aangeboden. Daarin staat: ,,Het gaat hier om een eerste raming. Echter, de verwachting is dat overall het programma MdE zal leiden tot een verhoging van de lopende uitgaven voor het onderwijs van Curaçao.

Op dit moment vertegenwoordigen deze uitgaven reeds een zeer aanzienlijk deel van de begroting.” Wat betreft de investeringen zijn er al besprekingen geweest in het kader van het Landspakket, zo wordt uitgelegd, en moet voor bepaalde projecten worden overeengekomen welke kosten door Nederland zullen worden gedragen. Verder zal Nederland op basis van de behoefte, technische ondersteuning en capaciteit ter beschikking stellen.

,,Gebaseerd op de geraamde kosten bedragen de totale investeringen voor de periode 2023-2028, 200.000.000 gulden en de investeringen voortvloeiende uit de lopende uitgaven, die door de reguliere begroting van het land Curaçao gedekt moeten worden 60.000.000 gulden”, zo staat in het programma. De lopende uitgaven op de Landsbegroting zijn kosten in verband met personele inzet van (additionele) docenten, ambtenaren en externe deskundigen, onderhouds- en vervangingskosten van (nieuwe) gebouwen, elektronische apparatuur en lesmaterialen.

Daar staat tegenover dat deze investeringen natuurlijk ook wat zullen opleveren. ,,Uiteindelijk beoogt het programma de kwaliteit en de efficiëntie van het onderwijs te verbeteren, om op deze wijze leerlingen de mogelijkheid te geven hun opleiding te voltooien en met diploma’s passend werk te vinden. Voor het onderwijs zal dit onder andere resulteren in een vermindering van het aantal zittenblijvers, drop-outs en verwijzingen naar speciaal onderwijs, een betere doorstroom van leerlingen naar vervolgonderwijs en betere aansluiting van het onderwijs op de arbeidsmarkt. Mede door inefficiënties in de bedrijfsvoering van het onderwijs aan te pakken komen meer gelden vrij die aangewend kunnen worden om in de projecten van het programma te investeren.”

Het MdE beschrijft vooral de hoofdlijnen, de kernthema’s en de wijze waarop de plannen geïmplementeerd worden. En, zo staat erbij: ,,De activiteiten die in het kader van het programma MdE worden uitgevoerd, zijn op zich geen nieuwe trajecten die vanuit een nulpunt worden opgestart, maar landen als het ware in een systeem dat al flink in beweging is.” Het herstelprogramma is een integraal en samenhangend programma in de volle breedte. ,,Het programma is niet geschreven in de vorm van een uitgebreid beleidsplan, maar omhelst een aantal cruciale verbetertrajecten en -acties op de korte, middellange en lange termijn gericht op zowel de onderwijsinhoud als de onderwijsorganisatie en -structuur”, zo wordt uitgelegd. En verder zijn in het programma de dertien aanbevelingen uit het eindrapport Nulmeting Onderwijsbestel Curaçao verwerkt samen met een aantal thema’s die in de nulmeting onderbelicht zijn gebleven maar die in de context van verbeteringen in het onderwijs een cruciale rol spelen. Omdat het programma zich uitstrekt over vijf jaar, en dus niet over één regeerperiode, wordt in het MdE erbij gezet dat ‘politieke commitment van cruciaal belang is om de acties binnen het programma MdE te verduurzamen’.

MdE heeft vijf doelen beschreven: 1) Gelijke ontplooiingskansen bieden aan alle kinderen vanaf de voorschool ongeacht hun achtergrond; 2) Een basiskwaliteit van onderwijs bieden; 3) Kwaliteitsvol onderwijs bieden conform de behoeften van de Curaçaose maatschappij en afgestemd op de vereisten van het leren in de 21ste eeuw; 4) Een goede aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt realiseren; 5) Een goede doorstroom tussen stelsels van onderwijs realiseren (lokaal, in Europees Nederland, de regio en in de Amerika’s).

Bron: Antilliaans Dagblad