Willemstad – Vergeleken met het oorspronkelijke voorstel van de Rijkswet Coho (Caribisch Orgaan voor Hervorming en Ontwikkeling) ‘is het evident dat rekening is gehouden met het uitgangspunt om eigenaarschap (ownership) zoveel mogelijk te bevorderen’.
Dat schrijft de Raad van Advies (RvA) van Cuaçao in een advies van 24 augustus, in reactie op een spoed-adviesverzoek van het kabinet-Pisas van begin deze maand, nadat de raad op 21 december al op het eerste Coho-voorstel had geadviseerd. TV Direct berichtte er gisteravond over.
Er zijn in het voorliggende voorstel van rijkswet verschillende wijzigingen aangebracht. ,,De RvA gaat ervanuit dat in het onderhandelingsproces dat in de afgelopen periode heeft plaatsgevonden, (politieke) afwegingen gemaakt zijn waarbij met de verschillende belangen die in het geding zijn rekening is gehouden.”
Het resultaat van de onderhandelingen komt tot uitdrukking in het nieuwe voorstel.
Volgens de Memorie van Toelichting (MvT) worden, waar de bevoegdheden van het Coho en andere in het voorstel van rijkswet genoemde organen de autonomie van de Caribische landen raken, deze bevoegdheden noodzakelijk geacht om het doel van het voorstel van rijkswet te bereiken en zijn zodanig vormgegeven dat de impact op de autonomie zo gering mogelijk is.
,,De raad constateert dat dit uitgangspunt niet altijd in het voorstel van rijkswet is gevolgd en dat daarvoor niet steeds een voldragen motivering in de MvT is gegeven.”
De RvA heeft er eerder op gewezen dat bij het inperken van de bevoegdheden c.q. de manoeuvreerruimte van de regering en de Staten van Curaçao, het voor de beoordeling van de impact op de autonomie van belang is een afweging te maken: ,,Tussen hetgeen wordt ingeperkt, de mate waarin dat gebeurt (het verlies) en hetgeen daar tegenover staat (de winst).”
Het Antilliaans Dagblad zal de komende dagen verder ingaan op het RvA-advies inzake het bij consensusrijkswet te regelen Caribisch Hervormingsorgaan, waarover komende vrijdag de Rijksministerraad vergadert en vermoedelijk ook besluiten neemt. Het Coho is van belang om in aanmerking te blijven komen voor de aanzienlijke liquiditeitssteun van Nederland; zonder die financiële steun kan de Curaçaose overheid nauwelijks tot niet functioneren.
Bron: Antilliaans Dagblad
Er is altijd een keuze geweest:
Zelf werken aan eigen toekomst en onafhankelijkheid of.
Hand ophouden en bedelen.
Het bedelen wordt naar de achterban en en publiek uitgelegd als “rechtvaardige herstel betaling”.
Van bedelen wordt je niet moe en zeker voor de leiders is het lonend. En daar zitten we; bedelaars die eisen dat ze gecompenseerd worden.
Pik Pias en de gobièrnu & sons zijn in alle opzichten “mucha mandá”
‘Het Coho is van belang om in aanmerking te blijven komen voor de aanzienlijke liquiditeitssteun van Nederland; zonder die financiële steun kan de Curaçaose overheid nauwelijks tot niet functioneren.”
Dat is de short term en blijkbaar het enige dat hier telt.
Het coho is van belang om de economie te hervormen, de kosten van diensten voor de gemeenschap te drukken, werkgelegenheid en export te ontwikkelen en stimuleren.
Het coho is een weg om financiële zelfstandigheid te krijgen en dus niet de weg om financiële afhankelijkheid te bevestigen.
Er is hulp nodig om te stabiliseren er is leiderschap nodig om te hervormen.
21 jaar hebben de eigen middelen opgebrand en leiderschap heeft alleen financiële afhankelijkheid bevestigd.
Curacao heeft “ownership” sinds 2010
En in 2021 eist men nog meer ownership?
Misschien realiseert men een dag dat “ownership” hand in hand gaat met “verantwoordelijkheid”.
Toestand 2021 Beroerd resultaat! wel Ownership eisen maar zonder de bijbehorende verantwoordelijkheid !
Sinds 10-10-10 is Curaçao zeker eigenaar geweest van de eigen problemen. Een bestaande praktijk is dan nu de oplossing?