WILLEMSTAD — De Staten hebben op dit moment een protocol in voorbereiding voor de manier waarop in de toekomst omgesprongen zal moeten worden met vragen die parlementariërs naar de regering sturen.
Dit heeft Statenvoorzitter Marcolino ‘Mike’ Franco (Pais) vanochtend bevestigd tijdens een openbare vergadering van het parlement, op een vraag van partijgenoot en Statenlid Eugene Cleopa.

De vraag van Cleopa was een follow-up op een vraag die enkele weken terug door MFK-Statenlid Amerigo Thode was gesteld.
Thode had zich geërgerd aan het feit dat Statenleden soms maandenlang moeten wachten op reacties van de verschillende ministers, zonder dat zij enig idee hebben wanneer hun brief zal worden beantwoord.
Cleopa wilde weten hoe het ermee stond en of het niet mogelijk was om tot een protocol te komen tussen regering en Staten om dit probleem op te lossen.

Franco bevestigde vanochtend dat de Staten en de regering op dit moment in gesprek zijn over het protocol.
Dit document, dat nog door de regering moet worden geaccordeerd, gaat ervan uit dat Statenleden die een brief sturen naar een minister een brief ter bevestiging krijgen van de betrokken minister.
In die brief moet ook worden aangegeven welk traject de brief moet doorlopen voordat die beantwoord kan worden.

“Het gaat erom wat je onder een ‘redelijke termijn’ verstaat, waarin een brief moet worden beantwoord.
Ik heb hiervoor enkele juristen benaderd.
In Nederland wordt onder een redelijke termijn verstaan een periode van zes tot acht maanden.
Wat wij nu met de regering overeen willen komen is dat de Statenleden een bevestiging krijgen dat hun brief is ontvangen, maar ook een idee krijgen hoe lang het zal duren voordat zij een antwoord krijgen.”

Cleopa was te spreken over het antwoord van zijn partijgenoot.
Volgens het Statenlid getuigt het protocol ervan dat er meer respect komt voor de Staten als volksvertegenwoordiging.