PHILIPSBURG – 36 gevechten binnen 38 schooldagen – aan het begin van het schooljaar waren er veel school fights op verschillende middelbare scholen in Sint-Maarten. Andere scholieren filmden de gevechten om te delen op social media. Het blijkt een terugkerend maatschappelijk probleem en lastig op te lossen.
De politie is de campagne ‘See something? Share something’ gestart om filmpjes van gevechten in handen te krijgen. En samen met het Openbaar Ministerie (OM) werd in oktober 2019 de taskforce school fights opgericht.
Geert Steeghs is vanuit het OM erbij betrokken: “Er zijn vergaderingen geweest met de voogdijraad, scholen, leerplichtambtenaren en het ministerie van onderwijs. Een concrete maatregel die hieruit is gekomen, is dat kinderen van verschillende scholen niet meer dezelfde schoolbus mogen nemen. De taskforce heeft urgentie gecreëerd, maar door het uitvallen van de betrokken wijkagent staan verdere activiteiten tijdelijk stil.”
De laatste weken zijn er minder meldingen van gevechten. Rodney Davis, sociaal werker op Sundial School vertelt: “Er was dit schooljaar een gevecht op onze school, vlak voor kerst. Maar het gebeurt niet alleen op school. Twee weken geleden gingen kinderen in uniform nog in de buurt op de vuist. Een meisje stak daarbij iemand met een passer.”
‘Schoolgevechten komen al jaren in golven voor’- Rodney Davis, sociaal werker
Volgens Davis zijn schoolgevechten niet nieuw. “Ze komen al jaren in golven voor. De ergste die ik me herinner, was rond 2008/2009. Laaien gevechten op, dan starten er allerlei programma’s. Maar zodra het rustiger wordt, dan stopt alles weer.”
De school heeft een zero-tolerance-beleid voor wapens en geweld, vertelt Davis. Er zijn zoekacties, en elke ochtend controleert beveiligingspersoneel tassen met metaaldetectors. De politie, voogdijraad en leerplichtambtenaren worden ook vaak ingeschakeld. “
Alle instanties werken samen om kinderen te helpen, maar er zijn er altijd een paar die door de mazen glippen. Veel kinderen zien schorsen niet als straf. En ze van school sturen, vind ik geen oplossing. Dat is dit jaar toch een keer gebeurd op Sundial, en vorig jaar tweemaal op Milton Peters College.”
Volgens hem is het achterliggende probleem dat geweld heel gewoon is op Sint Maarten. “The Peaceful Schools Committee deed een survey in 2009. Daarin vroegen ze de kinderen welke manieren ze kennen om conflicten op te lossen. Negentig procent noemde geweld.”
‘Na orkaan Irma waren er geen plekken om jongeren op te sluiten’- Geert Steeghs van het Openbaar Ministerie
Het is een maatschappelijk probleem, zegt hij. “Veel mensen zeggen niet te geloven in geweld. Als je doorvraagt, blijken ze disciplineren wel normaal te vinden. Ik heb meegemaakt dat een ouder zijn kind voor mijn neus wilde disciplineren.”
Het OM noemt naast voorbeeldgedrag van ouders ook andere factoren: sociale ongelijkheid, economische onzekerheid, traumaverwerking, gebrek aan toekomstperspectief voor jeugd. Steeghs: “En er is een gebrek aan consequenties. Na orkaan Irma waren er geen plekken om jongeren op te sluiten. Sinds een paar maanden is het Miss Lalie Center (MLC) weer open, een huis van bewaring voor minderjarige jongens. Meisjes kunnen we nog steeds nergens plaatsen.”
Het ontslag van de gevangenisdirecteur afgelopen maand heeft volgens het OM ‘zorgelijke gevolgen voor de aansturing en opbouw van een pedagogisch klimaat’ in het MLC.
Sinds deze week is wel elektronisch toezicht met enkelbanden mogelijk. Hoofdofficier Mirjam Mol zegt hierover: “Het is een begin, maar waar het OM of de politie normaal gesproken door kan verwijzen naar andere organisaties, ontbreken die hier. Zo hebben de leerplichtambtenaren geen juridisch mandaat om boetes uit te schrijven aan ouders, is er geen slachtofferhulp of bemiddelingsinstantie. En er is een gebrek aan geestelijke gezondheidszorg en pleeggezinnen.”
Davis beaamt: “Voor kinderen met ingewikkelde gedragsproblemen is hier geen geld of plek. We zijn continu bezig met brandjes blussen in plaats van langetermijndenken. Geweld is aangeleerd gedrag, dat kun je afleren. Maar daar gaan generaties overheen. Ik heb al drie jaar boeken in de kast liggen voor het programma Peacable Schools. Het kost drie uur per week, maar de mentor heeft maar één uur.”
Bron: NTR/CaribischNetwerk