Willemstad – Curaçao Airport Partners (CAP) heeft deze week het Hof niet kunnen overtuigen met fotomateriaal dat Jeje Car Rental nv, franchisenemer van Europcar, andere activiteiten ontplooit op de luchthaven dan alleen het brengen en afhalen van passagiers die een auto gehuurd hebben.
Advertentie
,,Noch het ondersteunend fotomateriaal, noch de bij pleidooi als producties overlegde bescheiden en foto’s maken aannemelijk dat Jeje haar activiteiten op het luchthaventerrein niet beperkt tot het overeenkomstig haar stelling ophalen en weer wegbrengen van autohuurders.
Aan de overgelegde foto’s is niet te zien wanneer zij zijn genomen en aan de gefotografeerde auto’s is evenmin te zien dat zij door Jeje worden verhuurd.
Wel is aannemelijk dat de geparkeerde rode Volkswagen ‘Fox’ met kenteken S 39-21, zoals afgebeeld een huurauto van Jeje is, maar niet blijkt waar en wanneer die foto is genomen.
Het staat een huurder overigens vrij zelf in zijn huurauto op de luchthaven te verschijnen, bijvoorbeeld om een passagier op te halen, zodat een foto van een huurauto van Jeje op het luchthaventerrein weinig zegt.
De vermoedelijk wel op de luchthaven rijdende auto, eveneens een rode Volkswagen, afgebeeld op de tweede foto heeft als kenteken S 55-4 en is dus een andere auto dan de op de voorgaande foto afgebeelde Volkswagen ‘Fox’.
Voor zover CAP haar stellingen wenst te baseren op de door haar als producties overgelegde verklaringen, acht het Hof die door CAP vergaarde verklaringen voorshands onvoldoende overtuigend om van de juistheid ervan uit te gaan”, zo staat in het vonnis.
CAP heeft het Hof ook niet kunnen overtuigen dat de uitspraak in de zaak Jeje ook van toepassing moet zijn op de andere autoverhuurbedrijven ‘om proceseconomische redenen’.
Het Hof stelt hierbij: ,,Het argument dat tegenstrijdige uitspraken moeten worden vermeden is weinig overtuigend.
Indien CAP in het tweede kort geding in het gelijk wordt gesteld, behoeft zij zich weinig aan te trekken van een mogelijke eerdere tegengestelde uitspraak omdat aan een uitspraak in kort geding geen gezag van gewijsde toekomt.
Het verzoek komt bovendien niet voor toewijzing in aanmerking omdat CAP niet duidelijk maakt hoe zij zich de beoogde gelijktijdige behandeling voorstelt nu alleen in het tweede kort geding nog pleidooien moeten plaatsvinden.
Het Hof ziet onder de gegeven omstandigheden evenmin aanleiding beide zaken te voegen omdat daaraan geen evidente voordelen zijn verbonden en voeging een vertraagde rechtsgang van dit kort geding tot gevolg kan hebben.”
Bron: Antiliaans Dagblad
Advertentie