
Willemstad – Masterlicentiehouders op Curaçao voor zogeheten buitengaatse hazardspelen (online gaming) moeten voortaan 240.000 gulden per jaar betalen voor hun vergunning. Dat is een verdubbeling ten opzichte van de huidige 120.000 gulden.
Met de verhoging van het vergunningsgeld komt er meer beschikbaar voor de (lege) overheidskas.
Volgens Financiënminister Kenneth Gijsbertha (MAN) telt Curaçao in totaal zeven masterlicentiehouders, maar de sector zelf geeft aan dat het er vijf zijn.
Volgens schattingen hangen er onder deze masterlicentiehouders mogelijk ook nog eens ruim duizend sublicenties, vermoedt de minister. Officieel moeten ze gemeld worden aan de overheid. Dat gebeurde in het verleden niet (altijd), maar tegenwoordig heeft de Gaming Control Board (GCB) een lijst.
De sublicentiehouders betalen op dit moment (een onbekend bedrag) aan de ondernemingen met een masterlicentie, maar dragen tot nu toe niet bij aan de pot met algemene middelen van het Land Curaçao. Dat moet – ten gunste van de overheid – veranderen, en daarom is er een wetswijziging op komst. Aldus de bewindsman.
Overigens is de sublicentie verbonden aan een entiteit, niet aan de zogeheten ‘domains’. Een entiteit kan meerdere domains hebben en daarmee dus meerdere online games en casino’s.
De eerste stap van de minister om als Land meer te profiteren van de online gaming is een Landsbesluit. In de overweging staat dat, conform de Landsverordening buitengaatse hazardspelen van 1993, vergunning kan worden verleend voor het exploiteren van hazardspelen op de internationale markt door middel van servicelijndiensten.
Ook overweegt de minister dat het jaarlijks verschuldigd vergunningsrecht bij Landsbesluit wordt vastgesteld en dat de wettelijk geregelde vergunningsvoorschriften de mogelijkheid bieden om de hoogte van het vergunningsrecht te herzien. Dat kan wanneer vanaf de inwerkingtreding van de landsbesluiten, waarbij de vergunningen zijn verleend, een termijn van twee jaar is verlopen.
Die termijn van twee jaar is voor alle verleende vergunningen, die op het moment via verlenging geldig zijn, ‘ruimschoots verstreken’. ,,Daardoor is herziening van het vergunningsrecht niet in strijd met de wet”, aldus de motivering.
Verder wordt uitgelegd dat ‘het wenselijk is’ de hoogte van het vergunningsrecht op basis van de Landsverordening buitengaatse hazardspelen te herzien, namelijk om de hoogte van het vergunningsrecht te indexeren, op jaarbasis en met afronding in duizendtallen.
Daarmee resulteren de indexeringsberekeningen op basis van zowel het inflatiecijfer als de consumentenprijsindex (CPI) in een bedrag van 240.000 gulden per jaar. Dat moet worden voldaan in maandelijkse termijnen van 20.000.
Dit Landsbesluit gaat in met ingang van de eerste dag van de eerste kalendermaand na de datum van dagtekening. Per 1 oktober 2020 dus.
Naast een hogere bijdrage van de masterlicentiehouders wil Gijsbertha ook meer geld in de Landskas zien van de vele honderden sublicentiehouders. ,,Zij dragen op dit moment niet bij, maar betalen alleen aan de bedrijven met een masterlicentie. Daarom wil ik een wetswijziging en tegelijkertijd een aanpassing van het contract met de masterlicentiehouders.”
De minister verwacht dat de behandeling van de wetswijziging in de Staten nog vóór het jaareinde kan plaatsvinden.
Bron: Antilliaans Dagblad
In de wereld van het grote geld zullen ze zich dood lachen over dit kleingeld als aalmoes.
Gijsbertha, dit zet zoden aan de dijk. maximaal 7 x 120.000.-. Dit is niet eens voldoende om de onlangs doorgevoerde salarisverhoging voor o.a. ministers te compenseren. Weleens aan belasting heffen op de omzet van deze bedrijven gedacht. Of heeft u dat op een andere manier geregeld.
De sublicentie houders aanpakken ??. Leuk verhaal tot de verkiezingen.
De MAN is weer lekker bezig de bevolking een rad voor ogen te draaien.