Willemstad – Een groep van ongeveer dertig Curaçaose Venezolanen is zaterdag bijeengekomen op het Brionplein. De situatie in hun geboorteland lijkt te escaleren en de Venezolanen willen dat de wereld hier aandacht aan besteedt.
Antonio Rebolledo heeft zich samen met zijn vrouw en dochtertje aangesloten bij het protest. Hij woont sinds 1983 op Curaçao maar heeft familie wonen in Venezuela.
Advertentie
,,Het lijkt net of de wereld zijn ogen sluit voor de situatie in Venezuela.”
Elke keer als hij zijn familie opbelt, krijgt hij schrijnende verhalen te horen. Ongeveer 50.000 mensen protesteerden woensdag tegen het beleid van de Venezolaanse president Nicolás Maduro, die sinds april aan de macht is.
De demonstranten vinden dat Maduro te weinig doet tegen corruptie en misdaad en een slecht economisch beleid voert, waardoor er gebrek is aan basisbenodigdheden zoals wc-papier. Tientallen demonstranten zijn gearresteerd nadat de betogingen woensdag uit de hand waren gelopen. Daarbij vielen drie doden.
Volgens Rebolledo gaat het om veel meer dan 50.000 mensen.
,,De onafhankelijke media staan op zwart. Mensen kunnen niet de waarheid op Twitter zetten. De regering wil laten geloven dat het om een klein groepje demonstranten gaat.”
Het consulaat van Venezuela op Curaçao heeft via een persbericht laten weten de protesten tegen Maduro af te keuren. Het consulaat meldt dat de protesten onrechtvaardig zijn, omdat de president in gesprek zou zijn met alle sectoren en er een nationaal plan is aangenomen. Ook Alfredo Limongi is bij het bescheiden protest, dat zaterdag spontaan tot stand is gekomen. Zo spontaan, dat de politie de groep wegstuurt, omdat ze geen vergunning hebben.
,,Wij zijn hier op een vredige manier verzameld om internationale aandacht te vragen voor de situatie in Venezuela”, zegt Limongi. ,,Elke manifestatie of protest wordt gezien als een coup. Er zijn veel mensen vermist en er zijn drie mensen omgekomen. Wij hopen dat landen die zaken doen met Venezuela, druk kunnen uitoefenen op de Venezolaanse regering.”
Door: Door Leoni Leidel-Schenk
Bron: Antilliaans Dagblad